gemeente Breda
RAADSVOORSTEL
Registratie nr
Dienst/afdeling
Bij lage
1993 /I 95
937904551
OW/RO
Geen
BETREFT: HET AFWIJZEN VAN EEN VERZOEK OM PLANSCHADEVERGOEDING EX ARTIKEL 49
VAN DE WET OP DE RUIMTELIJKE ORDENING.
INLEIDING
Door mevrouw mr. D. de Vries van SRK Rechtsbijstand te Zoetermeer is als
gemachtigde van de heer N. Mes, Nieuw Zonzeel 4 te Breda, een verzoek* om
planschadevergoeding ex artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening
ingediend. Het verzoek werd gedaan naar aanleiding van de bouw van een
garage aan de woning Nieuw Zonzeel 5 van de heer M. Clarijs.
VOORSTEL
Te besluiten het verzoek om planschadevergoeding van de heer N. Mes, Nieuw
Zonzeel 4 te Breda, af te wijzen een en ander overeenkomstig het bij dit
voorstel behorend concept -raadsbesluit
MOTIVERING/TOELICHTING
Door verzoekster werd voldaan aan het formeel vereiste ingevolge artikel 3
van de procedureverordening planschadevergoeding.
Bij besluit van 24 september 1992* heeft uw raad verzoekster in haar
verzoek ontvankelijk verklaard en is door uw raad een
schadebeoordelingscommissie benoemd met het verzoek advies uit te brengen
betreffende het ingekomen planschadeverzoek.
Mevrouw de Vries heeft het verzoek ingediend naar aanleiding van de bouw
van een garage aan de zijkant van de woning Nieuw Zonzeel 5 van de heer
M. Clarijs.
Mevrouw de Vries stelt in haar verzoekschrift dat haar cliënt door de bouw
van de garage schade lijdt bestaande uit een waardevermindering van zijn
woning, welke door een onafhankelijk taxateur wordt begroot op f 35.000,-.
De schadefactoren welke worden aangevoerd zijn visuele hinder ten gevolge
van de bouw van deze garage met een lengte van circa 12 meter en een
gemiddelde hoogte van circa 2 meter en het feit dat de koopsom van de
woning van haar cliënt (bouwnummer 52) f 25.000,-. duurder was dan de
identieke woning met bouwnummer 50. Deze prijsdifferentiatie is gebaseerd
op de ligging en het uitzicht op de Asterdplas. Door de bouw van de garage
is dit uitzicht thans weggenomen. Ter onderbouwing van de schadeclaim is
een taxatierapport* bij het verzoekschrift gevoegd. Mevrouw de Vries
verzoekt namens haar cliënt deze schade vermeerderd met de wettelijke rente
toe te kennen.
Zoals hiervoor reeds vermeld werd het verzoek om planschadevergoeding
ingediend naar aanleiding van de bouw van een garage aan de woning Nieuw
Zonzeel 5
Het verzoek van de heer Clarijs om vergunning voor de bouw van een garage
is ontvangen op 29 november 1990.
Na het voeren van de daartoe voorgeschreven procedure werd door ons college
op 22 mei 1991 aan de heer M. Clarijs, Nieuw Zonzeel 5, vrijstelling ex
artikel 18A van de Wet op de Ruimtelijke Ordening verleend en vergunning
afgegeven voor de bouw van een garage. Door de heer N. Mes werd hiertegen
op grond van de wet Arob een bezwaarschrift ingediend. Bij besluit van
22 oktober 1991 zijn deze bezwaren door ons college ongegrond verklaard,
hetgeen bij brief van 31 oktober 1991 aan de heer Mes is medegedeeld. Wij
hebben de desbetreffende dossiers voor u ter inzage gelegd.