gemeente Breda ^>X<>X<[& m\>x</rn RAADSBESLUIT 1993 221 f Registratie nr 936803291 Dienst/afdeling SECR/BEL De raad van de gemeente Breda; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders en met overname van de daarin vermelde overwegingen; gelet op de artikelen 272, aanhef en onderdeel i, en 277 eerste lid, aanhef en onderdeel b, ten eerste, van de gemeentewet; besluit vast te stellen de volgende verordening op de heffing en invordering van marktgeld. Artikel 1 Begripsomschrijvingen Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. marktterrein een terrein waar de markthandel wordt uitgeoefend; b. standplaats een aan belastingplichtige ter beschikking gestelde plaats op de markt; c. vaste standplaats een standplaats die voor onbepaalde tijd ter be schikking is gesteld; d. dagstandplaats een standplaats, niet zijnde een vaste standplaats; e. standwerkersplaats een standplaats die aan een standwerker ter be schikking is gesteld; e. maand een kalendermaand. Artikel 2 Aard van de heffing/belastbaar feit. Onder de naam "marktgeld" wordt in deze gemeente een recht geheven voor het gebruik maken van standplaatsen op de voor de openbare dienst bestemde, als marktterrein aangewezen plaatsen. Artikel 3 Belastingplicht Het marktgeld wordt geheven van degene, aan wie een standplaats ter beschikking is gesteld. Artikel 4 Heffingsmaatstaf, tijdvak, tarief. 1. Het marktgeld bedraagt voor het op kramen, in wagens of anderszins uitstallen of ten verkoop voorhanden hebben van waren, goederen en andere voorwerpen van handel op markten waar een algemene elektriciteitsvoorziening aan wezig is: a. voor een vaste standplaats, voor elke in de lengte-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 1337