f? - 4 - RAADSBESLUIT vervolg /227 f Artikel 9 Burgemeester en wethouders kunnen bepalen dat voor de terpostbezorging of uitreiking van aanslagbiljetten, ingevolge artikel 8, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 (Stb. 221) voor de gemeente-ontvanger of de op grond van artikel 127a van de gemeentewet aangewezen functionaris, een andere gemeente-ambtenaar in de plaats treedt. Nakoming van verplichtingen De verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 50 en 51 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (Stb. 1959, 301) en in de artikelen 58 en 61 van de Invorderingswet 1990 (Stb. 221) gelden mede jegens de door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren der gemeentelijke belastingen. Inwerkingtreding en citeertitel 1. Op het tijdstip van het in werking treden van deze verordening vervalt de "Marktgeldenverordening 1990" vastgesteld bij besluit van 30 november 1990, sedertdien gewijzigd, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich vóór de inwerkingtreding hebben voorgedaan. 2. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag van de maand, vol gende op die waarin de koninklijke goedkeuring is verleend, doch niet eerder dan 1 januari 1994. 3. Deze verordening kan worden aangehaald als "Marktgeldenverordening Breda 1994". Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van q gj^r joqg De Raad voornoemd, Artikel 10 Artikel 11

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 1340