- 2 -
RAADSVOORSTEL vervolg 228
steld.
De op te stellen beleidsvisie kan in november/december 1993 aan de gemeen
teraad worden aangeboden. Alle noodzakelijke gegevens om het beleid voor de
stadsvernieuwing voor de komende jaren in Breda te formuleren, zijn dan
bekend.
Het meerjarenplan stadsvernieuwing 1994-1998 bevat om genoemde
redenen, weinig nieuwe beleidsaspecten. De jaarschijf 1998 is nog niet
ingevuld. De continuïteit in de lopende stadsvernieuwingsprocessen heeft
bij de beoordeling van de ingediende claims, centraal gestaan.
Ten opzichte van de indicatieve jaarschijf 1994 (uit MPS 1993-1997) zijn
enkele bedragen verlaagd en voor jaarschijf 1995 verhoogd. Het betreft m.n.
de grondproductiekosten Centrumgebied Tuinzigt en de herinrichting van de
Binnenstad. De aansluiting met het jaar van werkelijke uitvoering wordt
hierdoor verbeterd. Ter voorkoming van knelpunten als gevolg van uitvoering
van deze werkzaamheden op een eerder tijdstip als nu voorzien, kunnen
enkele benoemde budgetten uit de indicatieve jaarschijf 1995, al in 1994
worden ingezet.
Het Meerjarenplan stadsvernieuwing 1994-1998 bevat een uitgebreide be
schrijving van de voortgang van de stadsvernieuwing in de aangewezen
stadsvernieuwingsgebieden Binnenstad, Heuvel en Tuinzigt.
De relatie tussen stadsvernieuwing en sociale vernieuwing wordt aan de hand
van enkele concrete voorbeelden uitgewerkt bij de beschrijvingen van Heuvel
en Tuinzigt. De relatie tussen stedelijke vernieuwing en stadsvernieuwing
m.n. bij de beschrijving van de voortgang in de Binnenstad.
2Stadsvernieuwing in Breda
Het in de periode 1988-1991 ontwikkelde stadsvernieuwingsbeleid in Breda
wordt gekenmerkt door een gebiedsgerichte en integrale (gelijktijdig
aandacht voor ruimtelijke, technische, milieu en sociale aspecten) aanpak.
Het beheerperspectief is centraal gesteld. De genoemde beleidsuitgangspun
ten hebben geresulteerd in plannen van aanpak voor Tuinzigt, de Stofkam-
gebieden, de Binnenstad en Heuvel. Deze plannen van aanpak worden momenteel
uitgevoerd. De uitvoering van het plan van aanpak voor de Stofkamgebieden
kan in 1993 worden afgerond. De belangrijkste in de plannen van aanpak
vastgelegde activiteiten voor Tuinzigt, Heuvel en de Binnenstad kunnen in
respectievelijk 1995, 1996 en 1997 zijn uitgevoerd.
Deze gebiedsgerichte en integrale werkwijze is op diverse onderdelen
succesvol gebleken:
er is een meerjarenperspectief geschetst en er is een indicatie gegeven
voor meerjaren investeringen door de gemeente (uit het stadsvernieuwings
fonds
het investeringsklimaat is hierdoor in de aangewezen stadsvernieuwings
gebieden aanmerkelijk verbeterd (m.n Tuinzigt en de Binnenstad)
het overleg en de samenwerking met bewoners, gebruikers en eigenaren is
geïntensiveerd en verloopt naar tevredenheid van betrokkenen.
er is een belangrijke bijdrage geleverd aan de verbetering van het woon-
en leefklimaat.
Het aantal activiteiten, betrekking hebbend op het sociale aspect, is de