SOS gemeente Breda i) gewijzigd exemplaar RAADSVOORSTEL Registratie nr Dienst/afdeling Bij lage 1993 /230 936803286 SECR/BJZ 4 BETREFT ORGANISATIEVERORDENING BREDA 1994 INLEIDING In september 1992 is de nota "Licht op schering en inslag" verschenen. Deze bevat oplossingssuggesties voor verbetering van zowel de cultuur als de structuur van de bestuurlijke en ambtelijke organisatie. Diverse verbeteringen in de cultuur zijn inmiddels doorgevoerd, zoals de wijkbezoeken, het portefeuilleoverleg, het Algemeen managementteam en het Concernteam. Voor wat betreft de verbeteringen in de structuur heeft u in uw vergadering van 22 oktober 1992 ingestemd met een aantal voorstellen, zoals de omvorming van de Secretarie en de Archiefdienst tot één Bestuursdienst. Tevens heeft u toen ons college opgedragen om met nadere voorstellen te komen met betrekking tot de vermindering van het aantal diensten. In dit voorstel brengen wij u op de hoogte van de uitkomsten van dit reorganisatie-project en stellen wij u voor een en ander formeel vast te leggen in een organisatieverordening. VOORSTEL 1. de Organisatieverordening Breda 1994 vaststellen. MOTIVERING/TOELICHTING Ter uitvoering van uw opdracht hebben wij ons nader beraden over de gewenste herstructurering van de diverse gemeentelijke diensten. Het resultaat daarvan is verwoord in de "Notitie inzake de uitwerking van de nota licht op schering en inslag" Om reden van coördinatie van beleid en efficiency is het gewenst de structuur in beginsel aan te passen volgens vier hoofdlijnen, te weten: - indeling in een beperkt aantal beleidssectoren; in beginsel één dienst per sector; een zo plat mogelijke organisatiestructuur per dienst; de vorming van managementteams per dienst bestaande uit een algemeen directeur een (stafdirecteur middelen en een aantal vakdirecteuren. De nadere uitwerking heeft geleid tot de volgende structuur: een Bestuursdienst; een dienst Ruimtelijke ordening economische zaken een dienst Sociale zaken, arbeidsmarktbeleid en welzijn - een dienst Stadsbeheer; een dienst Cultuur. De sector Cultuur zit in een groeiproces van de omvorming van een aantal "losse" kleine eenheden, via de toevoeging van een ondersteunend bureau en een coördinerend directeur, naar een volwaardige dienst. Dat proces is nodig om het hele culturele beleidsveld een positieve impuls te geven en een meer gelijkwaardige erkenning ten opzichte van andere terreinen. In dit proces kan nu, met regeling van de nieuwe toekomstige structuren in deze verordening, de laatst noodzakelijke stap worden gezet naar de erkenning als dienst. Dit laat onverlet, dat binnen de dienst de nodige speelruimte behouden kan blijven voor een eigen beleid per sector. Hiermee wordt het eindbeeld vastgelegd. Of en wanneer dit ingaat is hiermee nog niet bepaald. In artikel 6.3 is dit afhankelijk gesteld van een nader

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 1358