Gemeente Breda
Oraanigatieverordening Breda 1994
blad 7
Hoofdstuk 3. DE AMBTELIJKE COMPONENT
paragraaf 1 Hoofdindeling
3.1 De directeuren en het overig personeel worden ingedeeld in or
ganisatorische eenheden. Deze eenheden worden in beginsel aangeduid met
de benaming "dienst".
3.2 De ambtelijke organisatie is opgebouwd volgens een concernmodel,
gekenmerkt door:
indeling in beleidssectoren, te weten:
- Bestuur,
- Ruimtelijke ordening en economische zaken,
- Sociale zaken, arbeidsmarktbeleid en welzijn,
- Stadsbeheer en
- Cultuur,
met daarnaast de Stadsschouwburg, de Brandweer, de Sociale
werkvoorziening en de Milieudienst;
per sector zoveel mogelijk concentratie in één dienst.
De ambtelijke organisatie functioneert volgens een bedrijfsvoeringsmodel
gekenmerkt door:
- centrale coördinatie van beleid en middelen;
decentrale beleidsvoorbereiding en -uitvoering;
toepassing van een samenhangend stelsel van planning- en
controlinstrumenten;
afstemming door middel van een aantal overlegvormen.
paragraaf 2 De secretaris: benoeming en vervanging
3.3.1 De secretaris wordt benoemd, geschorst en ontslagen door de raad.
3.3.2 Burgemeester en wethouders dienen voor de benoeming van een secretaris
een aanbeveling in van twee personen.
3.3.3 Tot het doen van een aanbeveling wordt niet overgegaan dan nadat de raad,
de diensthoofden en het personeel bij de selectie zijn betrokken op door
burgemeester en wethouders nader te bepalen wijze.
3.4 Bij afwezigheid of ontstentenis van de secretaris wordt hij in al zijn
taken vervangen door een door het college van burgemeester en wethouders
aangewezen ambtenaar, aan te duiden als loco-secretaris.
paragraaf 3 De secretaris: positie, taken, bevoegdheden, verantwoordelijkheden
3.5 De secretaris neemt een centrale positie in binnen de gemeentelijke
organisatie.
Hij vormt de verbindende schakel tussen de bestuurlijke en de ambtelijke
component
Hij neemt bij de uitoefening van zijn taken op grond van deze paragraaf
de eventueel door de raad, het college of de burgemeester gegeven nadere
beleidskaders in acht.
3.6 De secretaris heeft de volgende concerntaken:
algemene ondersteuning van het bestuur;
- beleidscoördinatie en -toetsing;
instandhouding van het middelenbeleid
en daarnaast draagt hij zorg voor het desgevraagd verlenen van
ondersteuning aan diensten.
3.7 De algemene ondersteuning van het bestuur omvat onder andere:
3.7.1 de zorg voor een doelmatige ondersteuning van de raad, het college van
burgemeester en wethouders, de burgemeester, en de door hen ingestelde
commissies bij de uitoefening van hun taak;
3.7.2 het gevraagd en ongevraagd verstrekken van informatie of advies aan
(leden van) de raad, het college van burgemeester en wethouders, de
burgemeester en de door hen ingestelde commissies in alle zaken welke het
bestuur van de gemeente betreffen;
3.7.3 het verlenen van technische bijstand aan de leden van de raad bij in het
reglement van orde voorziene initiatieven van leden van de raad;
3.8 De beleidscoördinatie en -toetsing omvat onder andere:
3.8.1 de zorg voor de coördinatie van projecten alsmede de coördinatie op
beleidsvelden die: