Gemeente BredaOraanisatieverordenina Breda 1994blad 14 beheer en de financiële administratie betrokken functies; een regeling van de teken- en beschikkingsbevoegdheden; een beschrijving van de beveiligingsmaatregelen van gegevensbestanden 4.6.3 De opzet en de werking van de financiële administratie dient zodanig te zijn dat deze dienstbaar is aan en waarborgen verschaft voor de tijdigheid, de betrouwbaarheid en de toereikendheid van de informatie die wordt verstrekt aan het ambtelijk management en het bestuur. 4.6.4 De financiële administratie is zodanig van opzet dat zij dienstbaar is voor: het sturen en beheersen van activiteiten en processen in de gemeente als geheel en in de diensten cq organisatieonderdelen; - het verstrekken van informatie over ontwikkelingen in de omvang en onroerendzaakbezit, voorraden vorderingen en schulden c.a.; het verschaffen van informatie voor het maken van kostencalculaties; het afleggen van verantwoording voor het gevoerde beheer in relatie tot de gestelde beleidsdoelen, de begroting en ter zake geldende wet en regelgeving; - de controle van de registratie van gegevens als zodanig en van de daaraan ontleende informatie alsmede voor de controle op de doelmatigheid en de rechtmatigheid van het gevoerde beheer. Paragraaf 4: De controle 4.7.1 De controle van de administraties en van het beheer door ambtenaren en door het college van burgemeester en wethouders, als bedoeld in de artikel 215, lid 2 van de Gemeentewet, is opgedragen aan een door de raad aangewezen registeraccountant, hierna te noemen de accountant. 4.7.2 De controle is gericht op de toetsing van de rechtmatigheid in haar volle omvang en op de beoordeling van de opzet en de werking van het systeem dat de doelmatigheid moet waarborgen. 4.7.3 De controle omvat: de rekening als bedoeld in artikel 199 van de Gemeentewet alsmede alle daaraan ten grondslag liggende verantwoordingen van gemeentelijke organisatie-eenheden; de beoordeling van de betrouwbaarheid en van de toereikendheid van de aan de raad en het college van burgemeester en wethouders verstrekte informatie met betrekking tot het geldelijk beheer. 4.8.1 De accountant bepaalt de wijze waarop de controle van administraties en beheer wordt ingericht en de aard en omvang van de daarbij behorende werkzaamheden. Het college van burgemeester en wethouders kan aanvullende controles aan de accountant opdragen. 4.8.2 De periodiciteit van de uit te voeren controles bepaalt de accountant, na overleg met het college van burgemeester en wethouders. 4.8.3 De accountant belast met de controle is bevoegd tot het opnemen van alle kassen en voorraden en het inzien van alle boeken, registers, notulen, brieven en overige bescheiden, waarvan hij inzage voor de vervulling van zijn controlefunctie nodig oordeelt. De accountant heeft daartoe toegang tot alle kantoren, magazijnen, werkplaatsen en terreinen van de gemeente. 4.8.4 De accountant houdt geheim al hetgeen hem bij de uitvoering van zijn opdracht als geheim of vertrouwelijk ter kennis is gekomen. De accountant maakt van vertrouwelijke gegevens alleen gebruik voor zover de vervulling van zijn opdracht dat vereist. 4.8.5 De in dit artikel bedoelde controlewerkzaamheden kunnen zonder voorafgaande kennisgeving plaatsvinden. 4.8.6 Alle ambtenaren en beheers- en bestuursorganen van de gemeente zijn gehouden de accountant alle informatie -gevraagd en ongevraagd- te verstrekken, opdat deze zich een juist en volledig oordeel kan vormen over de rechtmatigheid en de doelmatigheid van de gevoerde administraties en van het beheer en over de getrouwheid van de daarover verstrekte informatie. 4.9.1 De accountant rapporteert schriftelijk aan het college van burgemeester

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 1375