gemeente Breda
RAADSVOORSTEL
Registratie nr
Dienst/afdeling
Bijlage
1993 /232b
5936802994
SE/BJZ
geen
BETREFT BEROEPSCHRIFT VAN DE HEER G.J.A. HEEREN, GERICHT TEGEN DE
WEIGERING VAN EEN STANDPLAATSVERGUNNING VOOR DE UITOEFENING VAN STRAATHAN
DEL IN DE HAAGSE BEEMDEN, PLAN HEKSENWIEL.
Bij brief van 15 mei 1991 heeft AVO ten behoeve van de heer G.J.A. Heeren
een vergunning gevraagd voor een standplaats in de Haagse Beemden, voor de
verkoop van patates-frites en consumptie-ijs.
Bij besluit van 19 juni 1991 besloten wij de gevraagde vergunning te
weigeren op grond van het bepaalde in de "Beleidsnota Standplaatsen 1990",
waarin een maximum-aantal standplaatsen op openbare gemeentegrond, onder
verdeeld naar locatie en branche, is vastgesteld. De door de heer Heeren
gevraagde locatie is geen van de in de beleidsnota genoemde locaties en
onze vaste beleidslijn is om vergunningen voor niet aangewezen locaties te
weigeren.
Tegen deze weigering diende de heer Heeren, op grond van artikel 4, tweede
lid van de Algemene politieverordening 1978 tijdig bij uw raad een beroep
schrift in. Dit beroepschrift is ter voorbereiding van de te nemen beslis
sing in handen gesteld van de Commissie voor bezwaar- en beroepschriften,
die appellant op 15 oktober 1991 heeft gehoord. Het verslag van de hoorzit
ting is aan het proces-dossier toegevoegd.
Het standpunt van de Commissie voor bezwaar- en beroepschriften is inte
graal opgenomen onder de rubriek "motivering/toelichting". Wij stellen u
voor overeenkomstig het advies van de commissie te besluiten.
VOORSTEL
1. het beroepschrift van de heer Heeren, gericht tegen de weigering vn een
standplaatsvergunning voor de uitoefening van straathandel in de Haagse
Beemden, plan Heksenwiel
a. deels gegrond te verklaren;
b. in verband daarmee de motivering van het weigeringsbesluit aan te passen
conform het advies van de commissie voor bezwaar- en beroepschriften;
c. voor het overige ongegrond te verklaren.
MOTIVERING/TOELICHTING
De Commissie voor bezwaar- en beroepschriften is tot het volgende oordeel
gekomen.
In het kader van een beroepsprocedure wordt een bestreden beslissing aan
een heroverweging onderworpen. Niet alleen aan de hand van argumenten in
het beroepschrift, maar ook ambtshalve.
Voor het beoordelen van voorliggend beroepschrift en het heroverwegen van
het bestreden besluit vormen artikel 24 van de Algemene politieverordening
1978 en de Beleidsnota Standplaatsen 1990 het toetsingskader.
De heer Heeren voert in zijn beroepschrift het volgende aan:
1. de weigering is alleen tot stand gekomen op grond van de "Beleidsnota
Standplaatsen 1990";
2. op geen enkele wijze is ingegaan op de argumenten die hebben geleid om
tot een verzoek om standplaatsvergunning te komen, te weten:
INLEIDING