RAADSVOORSTEL vervolg /2A5
activiteiten de R.W.S. in 1994, een subsidie van 750.000,beschikbaar
stellen en dit bedrag ten laste te brengen van het binnen de begroting van
de dienst Welzijn gereserveerde budget Aktiverend arbeidsmarktbeleid;
5. In het kader van een meerjarenperspectief voor 1995 tot en met 1997 de
bereidheid uitspreken de R.W.S. op basis van outputfinanciering te subsidi
ëren voor een bedrag van maximaal 750.000,op jaarbasis. Teneinde deze
subsidie ten goede te laten komen aan de door de gemeente geformuleerde
doelgroepen zal de raad op basis van het gemeentelijke arbeidsmarktbeleid
en de kennis van de doelgroepen, jaarlijks de scholingsvraag formuleren.
6. Ten aanzien van de consequenties van deze integratie voor het personeel
van beide organisaties, een aantal elementen van het Sociaal Statuut, zoals
dat momenteel wordt gehanteerd bij het gemeentelijke reorganisatieproces,
ook van toepassing verklaren op het personeel van de Stichting Leerwerk
plaatsen;
7. De waarnemend directeur van de dienst Economische Zaken en Werkgele
genheid en het hoofd van de centrale afdeling Personeel en Organisatie
opdracht geven het besluit onder punt 5. nader uit te werken;
8. Het college van burgemeester en wethouders opdragen om over de vaststel
ling van de gemeentelijke bijdrage in de te verwachten frictiekosten
(maximaal 900.000,in onderhandeling te treden met de R.B.A.'s Breda
en Westelijk Noord-Brabant;
9. Vooruitlopend op een definitief kredietvoorstel ten behoeve van de
dekking van de gemeentelijke bijdrage in de frictiekosten als bedoeld onder
punt 8, een krediet van 150.000,te voteren ten laste van de Bestem
mingsreserve Werkgelegenheid.
MOTIVERING/TOELICHTING
1. Discussienota "Toekomstige positionering C.B.B."
Het integratie-proces vindt zijn oorsprong in de vorig jaar gestartte
discussie over de toekomstige positionering van het C.B.B. De aanleiding
van deze discussie was meerledig. De inzet van scholingsinstrumenten
(waaronder het C.B.B.) door arbeidsvoorziening werd ter discussie gesteld;
regionaal speelde een discussie over de positionering van het Centrum
Vakopleiding; in het onderwijsveld zijn vernieuwingsprocessen waar te nemen
richting Regionale Opleidingscentra; de decentralisatie van de planning van
de volwasseneducatie; de C.B.B.-subsidieregeling expireert per 1 januari
1995 enz. De subsidiëring van de Stichting Leerwerkplaatsen expireerde per
1 januari 1993. Derhalve was ook de vraag aan de orde of subsidiëring van
de Stichting Leerwerkplaatsen diende te worden voortgezet. Daarbij speelde
met name de samenwerkingsrelatie met het C.B.B. een belangrijke rol.
Het R.B.A. Breda is in een vroegtijdig stadium bij deze discussie betrok
ken. Enerzijds omdat het R.B.A. sedert de tripartisering van de arbeids
voorziening verantwoordelijk is voor de regionale regie van de arbeids
marktgerichte scholing en anderzijds omdat het de financier is van het
C.B.B.
Ter voorbereiding van deze discussie is door ons op 28 juli 1992 de discus
sienota "Toekomstige positionering C.B.B." vastgesteld en hebben wij een
aantal uitgangspunten geformuleerd (deze nota en de vastgestelde uitgangs
punten liggen in de leeskamer ter inzage Kort samengevat komen deze
uitgangspunten erop neer dat het voorzieningenpakket van het C.B.B. gehand
haafd moet blijven en dat versterking van het voorzieningenaanbod gereali
seerd dient te worden o.a. door integratie met de voorzieningen van de