- 8 - RAADSVOORSTEL vervolg 252 nemen. 12. De toelating van afvalverwerkende bedrijven in dit plangebied is gebonden aan een vrijstelling van burgemeester en wethouders. De eis van vrijstelling is niet gebonden aan de indeling in een bepaalde milieucategorie. Indien dit de enige bepaling te dien aanzien zou zijn, zouden zich de gevallen kunnen voordoen, die in het bezwaarschrift worden geschetst. Echter: de vestiging van bedrijven in milieucategorie IV is gebonden aan een aparte vrijstellingseisvoor de verlening waarvan een advies van de inspecteur van de Volksgezondheid en Milieu hygiëne noodzakelijk is. De vestiging van categorie-V-bedrijven is uitgesloten. Mazen in de regeling zijn door deze dubbele vrijstellingseis ondervan gen. Voorgesteld wordt wel om in onderdeel c van de aanhef van artikel 3 nog eens expliciet de vestiging van afvalverwerkende bedrijven uit te sluiten. De vrijstellingsbepaling die daarop betrekking heeft moet dan daarop worden gericht. 13. De Staat van Bedrijven c.q. Inrichtingen is een algemene staat, waaruit milieucategorieën kunnen worden afgeleid, die voor de toepassing van de voorschriften van belang zijn. Als bedrijven, die op deze staat voorkomen door een andere, specifieke bepaling in de voorschriften zijn uitgesloten, kunnen zij niet met een beroep op die staat worden toegelaten. 14. De begrenzing van het gebied, waarbinnen categorie-IV-bedrijven, met vrijstelling van burgemeester en wethouders kunnen worden toegelaten is op de plankaart duidelijk met een streep-kruislijn aangegeven. De zone groenvoorzieningen, ten noorden waarvan, eveneens met een vrijstelling van burgemeester en wethouders, afvalverwerkende bedrijven kunnen worden toegelaten is op de plankaart eveneens duidelijk aangege ven. De verkaveling van het terrein staat niet vast en wordt aangepast aan de behoefte van een bedrijf, dat zich ter plaatse wil vestigen. Hiervan hangt weer de plaats van de secundaire ontsluitingswegen hangen af. Deze kunnen dus niet op de plankaart worden aangegeven. Bovendien is dat niet noodzakelijk. 15. De onderhavige herziening is partieel van karakter. Zij heeft geen invloed op de geluidhinder vanwege het plangebied Achter Emer. Door de uitsluiting van de categorie-A-inrichtingen is een zonering niet noodzakelijk. Voorgesteld wordt om de 50 en 55 dBA)-geluidcontouren van het indus trieterrein de Krogten alsnog op de plan kaart aan te geven. Dit heeft overigens verder geen juridische conse quenties, maar is een kwestie van duidelijkheid. De Wet Geluidhinder voorziet sinds kort een mogelijkheid om te komen tot een cumulatief vastgesteld geluidniveau van de diverse soorten geluidsoverlast industrielawaai, wegverkeerslawaai, railverkeersla- waai) Voor de toepassing van deze bepaling moeten op rijksniveau nog richtlijnen worden ontwikkeld. Zij kan daarom nog niet worden toege past. Deze bepaling voorziet echter niet in de cumulatie van geluids overlast van gezoneerde bedrijven enerzijds en van niet-gezoneerde bedrijventerreinen anderzijds, zoals in het onderhavige geval. Bij het verlenen van vergunningen in het kader van de Wet Milieubeheer voor de afzonderlijke, hier te vestigen bedrijven, kan eventuele cumulatie van geluidsoverlast in de beschouwingen worden betrokken. 16. Door de onder punt 12 voorgestelde toevoeging van een expliciet verbod op de vestiging van afvalverwerkende bedrijven in onderdeel 3 van de aanhef van artikel 3 en het richten van de vrijstellingsbevoegdheid

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 1525