- 9 - RAADSVOORSTEL vervolg 252 daarop wordt de mogelijkheid uitgesloten om categorie-A-inrichtingen toe te laten. 17. Het weglaten van de bedoelde hoek uit het plangebied stamt uit de tijd van het ontwerp-bestemmingsplan Achter Emer, zoals dat in 1981 is opgesteld. Daarin was aan deze hoek een agrarische bestemming gegeven, een bestemming, die opnieuw wordt voorgesteld in het aan het onder havige plan grenzende voorontwerp bestemmingsplan Haagse Beemden. Het ligt niet in de bedoeling om op deze plaats een ontsluiting van het bedrijventerrein op de weg Achter Emer te realiseren. De ter plaatse, langs de plangrens geprojecteerde groenzone laat dit niet toe. 18. De afstandsbepaling betrekking hebbend op de erfscheidingen maakt deel uit van het geldende bestemmingsplan Achter Emer. Er is geen reden om deze door middel van deze herziening aan te passen. 19. Door een typefout is in artikel 3A-I, lid 1, sub a als bebouwingsper centage 80 aangegeven. Dit moet conform het geldende plan 50 zijn. 20. Het voorschriftensysteem van het geldende bestemmingsplan Achter Emer is, zoals overigens bij vele andere geldende plannen, zodanig van opzet, dat de Staat van bedrijven en inrichtingen is geënt op de Hinderwet, zoals deze bestond voor 1 maart 1993. Een aanpassing van het gehele plansysteem gaat het kader van deze herziening verre te buiten. 21. Planschadeclaims als bedoeld in artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening kunnen worden ingediend zodra het bestemmingsplan van kracht is geworden. Eventuele schadeclaims zullen individueel moeten worden bezien en zullen afzonderlijk aan de gemeenteraad worden voorgelegd. Ambtshalve overwegingen In verband met de wijziging van de plankaart zal in de begripsbepalingen de definitie van het plan moeten worden aangepast aan het nieuwe nummer. Tevens zal in artikel 13 de benoeming van de voorschriften moeten worden aangepast In samenhang met de toevoeging van artikel 3A zal de strafbepaling in artikel 12 moeten worden uitgebreid. CONSEQUENTIES JURIDISCH Op grond van het bepaalde in de Wet op de Ruimtelijke Ordening bestaat na de vaststelling door uw raad de mogelijkheid tot het indienen van bezwaar schriften bij Gedeputeerde Staten en eventueel het instellen van Kroonbe- roep. INSPRAAK Het herzieningsplan is op 6 mei 1993 onderwerp geweest van een inspraak avond voor de omwonenden. Voor de resultaten van de inspraak en onze reactie daarop wordt kortheidshalve verwezen naar punt 7 van de toelichting bij het herzieningsplan. ADVIESRADEN Niet van toepassing COMMISSIEBEHANDELING

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 1526