In het vervolg van deze brief en in de toelichting op de onderscheiden door ons voorbereide convenanten gaan we hier nader op in. ïij wijzen erop dat deze convenanten in de plaats komen van de convenanten die voor 1993 de omlegging van het beheer hebben geregeld. De werking van deze convenanten dient derhalve per 1-1-'94 beëindigd te worden. Wij merken voorts nog op dat het voor de regiokorpsen bestemde deel van het politiebudget in 1994 ook daadwerkelijk aan de regio's beschikbaar wordt gesteld. De betaling van de algemene en de bijzondere bijdragen zal aan de regio's plaats vinden. De regio's zullen alle kosten, inclusief de overlopende kosten van 1993 naar 1994, uit het beschikbaar gestelde budget dienen te bekostigen. De Minister van Binnenlandse Zaken zal het aantal (voorlopige) budgetverdeeleenheden en het (voorlopige) normbedrag voor 1994 in regionale termen bekend maken. Het zal dan gaan om totaalcijfers per regio, dat wil zeggen niet meer opgesplitst naar sterktecijfers per gemeente danwel budgetbedragen die rijks-of gemeentepolitie zouden onderscheiden. Deze gegevens zullen op korte termijn worden verstrekt. Reeds thans kunnen wij vooruitlopend hierop meedelen dat het voorlopig normbedrag als basis voor de algemene bijdrage zal worden vastgesteld op 88.000, hetgeen ten opzichte van eerder bekend gemaakte bedragen een verhoging betekent. De eerste tranche van de algemene bijdrage 1994 zal op 15 januari 1994 worden overgemaakt op de BNG-rekening van de regio, opdat onder meer de salarisbetalingen in januari 1994 door uw regio kunnen worden uitgevoerd. Wellicht ten overvloede herhalen wij nog eens dat als gevolg van de omlegging van het beheer de politiebudgetten weliswaar een andere lijn volgen, maar dat zij als zodanig als gevolg van de omlegging niet in omvang veranderen. Derhalve kan het zijn dat eventuele verplichtingen die in 1993 of daarvoor zijn aangaan ten laste komen van het boekjaar 1994 van het regiokorps. Dat is onvermijdelijk; hetzelfde geldt uiteraard voor de budgetmeevallers die vanuit dezelfde redenering toevallen aan de regio. Er zal om deze redenen dan ook door het Rijk geen additioneel budget beschikbaar worden gesteld om eventuele (bijzondere) lasten "uit het verleden" te bekostigen. Wel is het uiteraard zo dat de zgn. knelpuntenpot van het project reorganisatie politie beschikbaar is voor eventuele uitkeringen aan korpsen die aantoonbare excessieve kosten in het kader van de reorganisatie hebben moeten maken. Wij doelen hierbij op de financiële evaluatie die een half jaar na inwerkingtreding van de nieuwe Politiewet zal plaatsvinden en waarover wij u reeds eerder berichtten. Ook delen wij u mede dat over de toepassing van de zgn 55-jarigen maatregel in de overgangsperiode dezer dagen een brief aan de korpsbeheerders is gezonden (EA 93/U3391). Over het in deze brief omschreven nieuwe "regiem" hebben wij constructief overleg gevoerd met vertegenwoordigers van de Politiecommissie van de VNG, vertegenwoordigers van het Korpsbeheerdersberaad alsmede het CPB. - 3 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 1661