gemeente Breda RAADSVOORSTEL Registratie nr Dienst/afdeling Bij lage 1993 /288 937906853 OW/RO Geen BETREFT: VASTSTELLING BESTEMMINGSPLAN "WOONWAGENSTANDPLAATSEN RUITERSBOS- LAAN 1993" Bij Koninklijk Besluit van 28 oktober 1987, nummer 189 heeft de Kroon gedeeltelijk goedkeuring onthouden aan het bestemmingsplan "Woonwagenstand plaatsen Ruitersboslaan"De Kroon achtte de locatie weliswaar als zodanig aanvaardbaar, maar de inrichting en de inpassing van de locatie in de omgeving diende te worden aangepast aan: a. de gemiddelde ruimtelijke scheiding tussen de woningen in Ruitersbos; b. de beduidend geringere isolatiewaarde van woonwagens ten opzichte van woningen; c. de mate van concentratie van de wagens. Vanuit een oogpunt van geluidoverlast achtte de Kroon een ruimtelijke scheiding van tenminste 75 meter noodzakelijk tussen de woonwagens ener zijds en de woningen in Ruitersbos anderzijds. Daarnaast stelde de Kroon als eis een tien meter brede gordel met groenblijvende beplanting ter visuele afscherming. Bij de aanpassing van het plan ex artikel 30 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening in 1990 heeft uw raad overwogen, dat een achttal standplaatsen was gerealiseerd met gebruikmaking van de vrijstellingsmogelijkheden van artikel 19 W.R.O. en dat een tweetal standplaatsen was ingenomen, ofschoon de anticipatieprocedure op enigerlei wijze was gestopt. U heeft het toen noodzakelijk geacht, de acht rechtmatig tot stand gekomen standplaatsen te handhaven, omdat zulks rechtstreeks voortvloeit uit het systeem van de wet. Handhaving van die plaatsen kon ofwel via het overgangsrecht, ofwel via een positieve bestemming geschieden. Gelet op het feit, dat de Kroon de locatie op zich aanvaardbaar vond, heeft uw raad gemeend tot een positieve bestem ming van alle, op basis van een vrijstelling ex artikel 19 W.R.O. tot stand gekomen standplaatsen te moeten overgaan. De beide te verwijderen stand plaatsen werden bestemd tot openbaar groen. De Afdeling voor de geschillen van bestuur van de Raad van State heeft in 1991 aan dat herzieningsplan de goedkeuring onthouden, omdat geen gevolg was gegeven aan de eisen die de Kroon in 1987 had gesteld, hetgeen in strijd was met artikel 3 0 W.R.O. en dat niet was gebleken van omstandighe den, die een afwijking van het Koninklijk Besluit zou kunnen rechtvaardi gen. Op grond van artikel 30 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening is de gemeenteraad verplicht om binnen een jaar na de verzending van het besluit van de Afdeling voor de geschillen van bestuur een nieuw plan vast te stellen, waarbij de beslissing van de afdeling in acht wordt genomen. Het onderhavige bestemmingsplan heeft tot doel aan deze bepaling te voldoen. Weliswaar is de termijn van een jaar overschreden, echter dit heeft geen gevolgen voor de bevoegdheid van de gemeenteraad om alsnog een herzien bestemmingsplan vast te stellen. INLEIDING

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 1763