- 3 - RAADSVOORSTEL vervolg 3<5 gende programma's uitputtend onderzocht en uitgewerkt. De kwaliteit is tot een minimaal aanvaardbaar niveau teruggebracht tegen de achtergrond van de sleutelfunctie van dit gebied en de huurstelling gemaximaliseerd tegen de achtergrond van de doorstromingsfilosofie. Het is ook de mening van de gemeentelijke vertegenwoordiging in het planteam dat de grenzen in die zin bereikt zijn. Een aanvankelijke twijfel omtrent de onderliggende ramingen is weggenomen middels een vergelijking van de ramingen van de beide bureaus en toetsing middels een externe calculatie. Verdere aanpassingen cq. bezuinigingen van de plannen zijn onmogelijk zonder het programma ingrijpend ter discussie te stellen (financieringsca tegorie, differentiatie, eisen steunpuntwoningen, aanpasbaar bouwen, beeldkwaliteit) De kostenfactoren, welke bijdragen in het tekort in vergelijking met andere plannen zijn de volgende: Een belangrijke drager van de hogere kosten wordt gevormd door de vanuit het steunpuntbeleid (interne bereikbaarheid steunpunt) noodzakelijke extra achtergevel voor afscherming van de galerijen bij de steunpuntwo ningen. Deze extra gevel, welke ook in het zicht ligt vanuit de Meidoorn straat, wordt begroot op f 255.000,-. De overige f 300.000,- komen voort uit een aantal locatie- en programma gebonden factoren, zoals o.a.: - de noodzaak om de bergingen i.v.m. sociale veiligheid en relatie met de buitenruimte (pleinwand) in beide plannen halfverdiept aan te leggen, met als gevolg dubbele stopplaatsen voor de liften en hogere bouwkosten; - het relatief geringe aantal ontsluitingen per bouwlaag in de "hoogbouw"- delen van beide projecten; - noodzakelijke aandacht voor de kopgevels van de diverse bouwblokken; - een bredere beukmaat bij de steunpuntwoningen t.b.v. de programma-eis van het aanpasbaar bouwen (rolstoelgeschikte woningen). Bij de berekening van het tekort is al rekening gehouden met een toedeling van aanvullende middelen uit het kopkostenfonds (plaatselijk verschillende omstandigheden) en het MPS-budget bijdrage sociale woningbouw. Een van de belangrijkste discussiepunten in de kostendragers is de noodza kelijke voorziening t.b.v. de programma-eisen van de steunpuntwoningen (de vliesgevel). In het verleden is geen consistent beleid gevoerd bij de realisatie van steunpunten en steunpuntwoningen ten aanzien van de toede ling van de extra kosten. Bij sommige projecten is een bijdrage vanuit Welzijn of provinciaal beleid geleverd. Met name de laatste jaren zijn de aanvullende voorzieningen gefinancierd vanuit de kopkosten. Vanwege de gegeven locatie en de noodzakelijke galerij-ontsluiting zijn de kosten van interne bereikbaarheid in dit plan relatief hoog. Aanvankelijk is ingeschat dat deze extra kosten gefinancierd zouden kunnen worden uit een combinatie van de ouderenbijdrage en genoemde xop^oboci.. Lopende de planontwikkeling werd duidelijk dat staatssecretaris Heerma een scherper beleid zal voeren m.b.t. de toedeling van het fonds plaatselijk verschillende omstandigheden. Het aanwenden van deze middelen (bedoeld om de invloed van locatiegebonden factoren op de huurstelling te minimalise ren) voor de realisatie van sectorale huisvesting zal naar verwachting worden afgestraft. Bij de versleuteling van het fonds voor 1993 kon bij deze projecten daarom geen rekening gehouden met deze extra kostenpost. De ouderenbijdrage ad f 2000,- per woning is bij lange na niet toereikend voor de realisatie van de vanuit het steunpuntenbeleid gewenste extra voorzie ningen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 529