gemeente Breda |>X<>X< RAADSVOORSTEL Registratie nr Dienst/afdeling Bij lage 1993 /120 937902320 OW/BWT 1 BETREFT VASTSTELLEN MEERJARENPROGRAMMA 1999 IN HET KADER VAN HET BESLUIT RIJKSSUBSIDIERING RESTAURATIE MONUMENTEN. INLEIDING. Ieder jaar dient de gemeenteraad een restauratieprogramma vast te stellen in het kader van het Besluit Rijkssubsidiƫring Restauratie Monumenten (BRRM)Op grond van de indiening van deze jaarschijf stelt de minister het budget vast waarover de gemeente kan beschikken ten behoeve van restaura ties van monumenten welke op de rijkslijst zijn geplaatst. De planperiode bedraagt zes jaar. Thans is de jaarschijf 1999 aan de orde, dat wil zeggen dat na toewijzing van het budget door de minister, vanaf 1 januari 1994 restauraties ten laste gebracht kunnen worden van dit budget. Uiterlijk op 1 april 1999 moeten aanvragen voor dit budget bij de Rijksdienst voor de Monumentenzorg zijn ingediend. VOORSTEL 1. Het meerjarenprogramma 1999 in het kader van het Besluit Rijkssubsidi ƫring Restauratie Monumenten (BRRM) vast te stellen. MOTIVERING/TOELICHTING Het meerjarenprogramma bevat een overzicht van de in technische zin matige of slechte monumenten welke voor restauratie in aanmerking komen en tevens een indicatie van de kosten van deze restauraties. Er zullen voor een hoger bedrag aan restauraties worden ingediend dan het budget zal toelaten. Dit wordt gedaan om in aanmerking te komen voor een re-allocatie van middelen, welke ontstaat als gemeenten restauratiegeld overhouden van een toegekend jaarbudget en de gelden conform het bepaalde in de BRRM terugvloeien naar het Rijk. Gezien de reorganisatie van het monumentenbeleid en de daarmee samenhangen de konsekwenties is voor de jaarschijf 1999 gekozen voor het aangeven van die monumenten waarvoor reeds restauratieverplichtingen zijn aangegaan en die restauraties waarvan is aangegeven dat zij in de planperiode gereali seerd zullen worden. Dit houdt niet in dat hiermee een limitatieve opsom ming is gegeven van de restauratiebehoefte. Waarschijnlijk is deze behoefte een veelvoud van de thans gepresenteerde lijst. In afwachting van de herijking van het gemeentelijk monumentenbezitalsmede de uitkomst van de onderhandelingen met het NRF over een nieuwe financieringsconstructie en tenslotte in afwachting van een nieuwe vorm van Stadsherstel zal medio 1994 een definitieve lijst van de restauratiebehoefte worden aangeboden. De thans aangeboden lijst is in ruime mate toereikend voor de besteding van het te verwachten Rijkssubsidie. Hiermee rekening houdend, stellen wij uw college voor om de jaarschijf 1999 als volgt vast te stellen. 1. Grote Kerk 200.000,= 2. Laurentiuskerk 160.000,= 3. St. Martinuskerk 200.000,= 4. Toren St. Martinus (eigendom gemeente) 200.000,= 5. Toren Grote Kerk 200.000,=

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1993 | | pagina 673