gemeente Breda
RAADSVOORSTEL 1993 129
Registratie nr 937601976
Dienst/afdeling MD/NL
Bijlage -
BETREFT OPRICHTING COMPOSTERINGSINSTALLATIE
INLEIDING
De gemeente Breda composteert al sinds enkele jaren een deel van haar
groenafval. Onder gemeentelijk groenafval wordt verstaan gemeentelijk
snoeihout, gemeentelijk bladafval, gemeentelijk bermmaaisel, gemeentelijk
slootmaaisel en grof tuinafval uit huishoudens.
Vanuit een milieuoogpunt heeft de compostering van gemeentelijk groenafval
verre de voorkeur boven stort of verbranding. Het merendeel van het
groenafval kan immers uitstekend met behulp van compostering op vrij
eenvoudige wijze voor hergebruik geschikt worden gemaakt.
Voor deze activiteit is echter ingevolge de Afvalstoffenwet een vergunning,
afgeven door het College van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,
noodzakelijk.
Om voor een dergelijke vergunning in aanmerking te komen dient de composte-
ringsinstallatie te voldoen aan een groot aantal technische voorwaarden.
Deze voorwaarden hebben er toe geleid dat de bestaande installatie in feite
opnieuw dient te worden aangelegd. Daarnaast wordt voor het verkrijgen van
een vergunning door de provincie als voorwaarde gesteld dat het gemeente
lijk composteringsbeleid afgestemd dient te zijn op het provinciale en
gewestelijke beleid neergelegd in respectievelijk het Provinciale Afval-
stoffenplan II en het Gewestelijk Uitvoeringsprogramma.
1. Een composteringsinstallatie voor gemeentelijk groenafval op te richten.
2. Hiertoe een bedrag van 150.000,-- ten laste te brengen van het bij
eerste wijziging van de begroting van 1990 goedgekeurde krediet ten behoeve
van de oprichting van een composteringsinstallatie
3. Ten behoeve van deze oprichting een krediet van 1.604.538,-- te
voteren, te dekken uit het onderhoudsbudget Natuur en Landschap en de
inkomsten van de composteringsinstallatie.
4In verband met het onder 3 bepaalde de begroting van de Milieudienst en
de concernbegroting, beide voor het dienstjaar 1993 te wijzigen conform
bijgevoegde besluiten.
MOTIVERING/TOELICHTING
Op grond van het Provinciale Afvalstoffenplan 1989-1994 dienen de Brabantse
samenwerkingsverbanden in een op te stellen Gewestelijk Uitvoeringsprogram
ma onder andere aan te geven hoe de verwerking van gemeentelijk groenafval
plaats zal gaan vinden.
In dit kader heeft het Stadsgewest in een schrijven de dato 28 augustus
1991 aan de gemeente Breda gevraagd in te stemmen met:
het oprichten van een composteringsinrichting in Breda;
de taakstelling uiterlijk 1 januari 1994 90% van het groenafval voor
hergebruik aan te wenden;
de gemeenten Baarle-Nassau, Chaam, Nieuw Ginneken en Teteringen de
mogelijkheid te bieden eveneens gebruik te maken - tegen betaling - van de
Bredase composteringsinstallatie.
Ook aan de andere potentiƫle composterende gemeenten, Oosterhout, en Etten-
Leur zijn deze vragen voorgelegd.
VOORSTEL