gemeente Breda
RAADSVOORSTEL
Registratie nr
Dienst/afdeling
Bijlage
1993 131
936801397
SECR/BEL
geen
BETREFT HERWAARDERING ONROERENDE ZAKEN TEN BEHOEVE VAN DE ONROERENDE-
ZAAKBELASTINGEN
De herwaardering dient door een extern taxatiebureau te worden uitgevoerd.
Op basis van uitgebrachte offertes komt "Konig ogb Projectmanagement B.V."
in aanmerking voor de opdracht.
Het project herwaardering vergt een investering van 1.200.000,00 welke
investering kan worden gedekt via een vijf-jaar!ijkse annuïteit uit de
voorziening "herwaardering" en uit structureel binnen het budget beschikba
re middelen. Hierbij wordt rekening gehouden met bijdragen van de water
schappen en van de Rijksbelastingdienst.
1. Voor de heffing van de onroerende-zaakbelastingen in de belastingjaren
1995 tot en met 1999 als heffingsgrondslag te hanteren de wettelijk
voorgeschreven waarden naar de prijspeildatum 1 januari 1994;
2. Akkoord te gaan met de voor herwaardering noodzakelijke werkwijze,
inhoudende inventarisatie van objectkenmerken en waardering van alle
gebouwde onroerende zaken binnen de gemeente;
3. De in het kader van de herwaardering te verrichten werkzaamheden op te
dragen aan "Konig o.g.b. Projectmanagement B.V." conform de in haar offerte
geformuleerde uitgangspunten;
4. Voor de herwaardering een krediet te voteren van 1.200.000,00 en dit
krediet te dekken via een vijfjaarlijkse annuïteit uit de voorziening
"herwaardering" en uit structureel ter beschikking staande middelen.
MOTIVERING/TOELICHTING
WETTELIJKE UITGANGSPUNTEN.
Ingevolge artikel 273 van de Gemeentewet dient de heffingsgrondslag van de
onroerende-zaakbelastingen te worden vastgesteld naar de toestand bij het
begin van het belastingjaar dan wel naar de toestand op een bij de belas
tingverordening te bepalen ten hoogste vijf jaren eerder vallend tijdstip,
met dien verstande dat een aldus vastgestelde heffingsgrondslag voor ten
hoogste vijf achtereenvolgende jaren kan worden toegepast.
Voor de belastingjaren 1990 tot en met 1994 wordt conform raadsbesluit van
18 december 1986 (bijlage 392) uitgegaan van de toestand op 1 januari 1989
als grondslag voor de heffing.
Dit. betekent dat voor de belastingjaren 1995 tot en met 1999 een nieuwe
heffingsgrondslag dient te worden vastgesteld voor alle gebouwde onroerende
zaken binnen de gemeente Breda. Hierbij dient rekening te worden gehouden
met de navolgende wettelijke ontwikkelingen:
In 1995 dienen de waterschappen ingevolge de inmiddels in werking
getreden Waterschapswet als heffingsgrondslag voor de waterschapsom
slagen ter zake van gebouwde onroerende zaken te hanteren de door de
INLEIDING
VOORSTEL
Voor de belastingjaren 1995 tot en met 1999 dient voor alle gebouwde
onroerende zaken ten behoeve van de Onroerende-zaakbelastingen een nieuwe
heffingsgrondslag te worden vastgesteld, zijnde de waarde in het economi
sche verkeer of de gecorrigeerde vervangingswaarde naar de prijspeildatum 1
januari 1994. Gelet op wettelijke ontwikkelingen dient een volledige
herwaardering van alle onroerende zaken plaats te vinden.