HOOFDSTUK in.
Geme onte-AreJiie ven.
Bevinden zich in goeden Staat» doch zijn van geenen grooten omvang en
bevatten geene oude of feelangrijke Stukken. Ofschoon daarvan eene Inventus
bestaat, ia men voornemens die nader te regelen «ai te bescnrijven.
HOOFDSTUK III.
Begraafplaatsen
Be vier aanwezige begraafplaatsen, waarvan drie aan de R.K. en eene
aan de Proteatantsche gemeenten beiiooren, bevinden zich in voldoenden toe
stand. Kr bestaan geene andere verordeningen nopens het toeaigt daarop
dan die wettelijke der dier sake.
HOOFDSTUK IV.
Geldmiddelen.
CJewone en buitengewone Ontvangsten. Beselven leverde een geheel op,
van f 9473.805 als:
a. Directe Belastingen. De Opcenten op 's Rijks Directe Belastingen
hebben bedragen eene som van f 908,96;? en wel die op de Gebouwde
en Ongetrouwde Eigendommen 523,08"' die op het Personeel
385,88 en die op het Patentregt f Be Hoofdelijke Omsla- I,
gen bedroegen 4835 aoodat het geheel dier Belastingen heeft
opgei)ragt 5743.96*.
b. Belastingen op voorwerpen van verbruik, waarop 's-Rijks Belastingen
geheven wordt.
Be Opcenten op de Rijks-Accijnsen, bedroegen 290.43"'
c. Belastingen op voorwerpen waarop geene Rijks*i)elasting geheven wordt.
(Art. 240, G.W.).
d. Heffingen of Retributiën voor het gebruik of genot van openbare Ge
meente-Werken Bezittingen of Inrigtingen en dat van, door, of van
wege het Gemeente-Bestuur verstrekte diensten. (Art. 238, G.W.)
320,62-' Ei,.nde het aandeel der Gemeente in den op den met met
Breda gemeenschappelijk bezeten wordende Steenweg alhier geheven
tol.
HOOFDSTUK IV.
Geldmiddelen.
Gewone en .Buitengewone Uitgaven. Dezelven hebben voor het geheel
bedragen de Dom van f 8430,87 als:
a. Voor Kosten van het Gemeentebestuur 1223-89^.
e
b. Voor Kosten van de publieke Werken 1053.73
c. Voor Belastingen en Ongelden f 197.20 i
d. Voor Kosten van het openbaar Onderwijs 552.20
e. Wegens Uitgaven voor Inrigtingen tot bevordering van .omaten en
Wetenschappen