Door genoemde instellingen werden in het afgeloopen jaar 91 personen gedurende het geheele jaar en 183 personen tijdelijk bedeeld. Het beheer der beide eerstgenoemde armbesturen geschiedt met de meeste orde, naauwgesetheid en spaarzaamheid, en de daaromtrent bestaande wettelijke bepalin gen werden stiptelijk nagekomen. Hunne geldmiddelen zijn vooruitgaande. Door het armbestuur van Bavel werd eene geldbelegging door aankoop van onroerend goed gedaan. Dat van Ginn> ken zal zijne hulpbronnen aanmerkelijk zien uitgebreid, wanneer eene nog aanzienlijke, ten zijnen behoeve gedane schenking, aan de daar aan nog klevende last van uitkering zaL ontheven zijn. Van de instellingen sub 3-5, weet men alleen dat zij sleciits zeer geringe inkomsten hebben. Die sub 6 beschikt over meer hulpbronnen. De aan de besturen dier inrigtingen gevorderde opgaven, zijn weinig geschikt om omtrent haren toestand eenig licht te verspreiden. Intussciien is hare werking miauw merkbaar, en blijft de armenzorg nagenoeg geheel ten laste der gemeente. HOOFDSTUK XI Gomeente-Politie a. Openbare Veiligheid. De gemeentepolitie wordt uitgeoefend, door twee veldwach ters en in de kom der gemeente mede door een klapwaker gedurende de wintermaan den, doen ook de burgernacntwachten dienst. De openbare veiligheid bleef onge stoord, van niets dan van zeer geringe diefstallen werd vernomen. In liet personeel der Policie-Beaabfcen hebben geene veranderingen plaats gehad, doch er werd een Rijksveldwachter in de gemeente gestationeerd. Omtrent de dienst van de Dienaren der Policie, van de MarécnausséesNacht wachten enz., vall het volgende aan te merken De veldwachters en de klapwaker zijn zeer ijverig in het verrigten van hunne dienst. Over de burgernachtwachten valt niet te klagen. De Rijksveldwachters en marecnaussée geven stof tot tevredenheid. Laatstgenoemd wapen is echter zoo zeer met bezigheden overladen, dat hunne dienst voor de gemeente weinig waarde heeft. De toestand der Brandbluachmiddelen is zeer voldoende. Kr zijn vijf brandspui ten met een voltallig personeel aanwezig. De spuiten en wat daar toe behoort zijn in volmaakte orde en het personeel is goed geoefend* Branden heeft er êêne plaats gehad door het inslaan van dan bliksem, op den 13 Augustus 1858, in de schuur eener bouwhoeve te Bavel, toebehoorende aan Mejuffrouw Haverman»in huur bij P.Jacobs. Door buitengewone krachtsinspan ning van het personeel der Bavelsche brandspuit, bereidwillig geholpen door de ingezetenen en bijgestaan door het personeel der brandspuit no.1 van het dorp van Ginneken, gelukte het den brand tot de schuur te beperken, waaruit nog veel van de daarin geborgen oogst van granen en hooi, hoewel dan eenigsins besciiadigd, kon worden gered. De waard© der afgebrande schuur wordt op 500,— en die der daarin bedorven ,i; of vernielde granen op 1500,— ^usksade geschat. Noch het een, noch het ander was tegen brandschade gewaarborgd. b. Huis van Bewaring. Twintig personen werden daarin opgenomen. Voor het lokaal, hetwelk aan de gemeente behoort, geniet deze 25,— 's Jaars De cipier heeft eene belooning van 10,— in het Jaar. HOOFDSTUK XII Landbouw. fa Op eene zeer zaeh-ten winter volgde seiiraal en koud weder, dat tot laat in de lente aanhield en tior den groei der gewassen gansch niet gunstig was. Vooral was de ongunstige invloed daarvan zeer merkbaar op het grasgewas, en daar gedu rende het gehele jaar zeer weinig regen viel, werd de groei van alle gewassen zeer belemmerd en waren de uitkomsten niet zeer bevredigend. Leer ongunstig is dan ook het afgeloopen jaar voor den landbouwer te noemen, bij eene zeer schrale opbrengst van alle graangewassen en eene groote acliaarschte aan water maakte de - 6 -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Ginneken en Bavel - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1858 | | pagina 6