13
Staat der gemeenteschulden.
(Vijfjarig 1 Januari 1921, 1 Januari 1926 enz.)
Oorspronkelijk
bedrag
van elke schuld.
Jaar,
waarin zij
is
aangegaan.
Bedrag
van elke schuld
op 1 Januari
19
Rente
ten
honderd.
Bedrag
der renten
van elke schuld
voor 19
Bedrag van elke geldleening,
gedurende het vijfjarig tijdperk, met
opgave van de aanleiding en het doel der
leening, en met vermelding der middelen
tot haar aflossing aangewezen.
(Art. 136. alinea 2, der gemeentewet.)
f//AfA9A
TJTV -
ff?-
k//fJV. -
-
rSf/W- -
f ffAT?.-
AAasa. -
+///S0.-
ff/V.
Af A/V.
Af/V
A
AA
/Af -
JAJ .//AA
JA j „ja/: JA
A ff AAA
A A
s/A/r.~
Af ff
Af
A ff
J/cf-
Af ff
fff
J
At
A/J' -
~JA/. -
/As.-
AJA-~
ffv-
N.B. Zie den „leidraad voor de
15 Juli 1914, no. 5504, afd. B.
statistiek der gemeentefinanciën", vastgesteld bij de circulaire van den minister van binnenlandsche zaken van
i.B. en de daarbij behoorende staten C (N. S. no. 1354), D (N. S. no. 1355) en E (N. S. no. 1380).