2l%
137,50
31%
17,50
31%
1225,--
3l%
4%
460,—
14000,—
b+hl%
352,50
10000,"
1914
k+kl%
482,50
4T%
H%
697,50
ky%
202,50
40000,—
3%
3%
287,50
3%
337,50
3+3i%
1132,50
3l%
41,25
4oooo,—
3+31%
3i+^%
ƒ273000,—
31%
15015,--
40000,—
40000,—
31%
6+61%
1485,--
Staat der gemeenteschulden.
(Vijfjarig 1 Januari 1926, 1 Januari 1931 enz.)
Leeningen, niet bij wijze van annuiteit aangegaan.
Oorspronkelijk Jaar,
bedrag waarin zij
van elke schuld is
aangegaan.
Bedrag Rente
van elke schuld ten
op 1 Januari honderd
1926
van elke
schuld
voor 1926
3edrag Bedrag van elke
der renten geldleening, ge
durende het vijf
jarig tijdperk,
met opgave van d<
aanleiding en he
doel der leening
en met vermeldin,
der middelen tot
haar aflossing
aangewezen,
(art.136, alinea
2, der gemeentew
19622,40
1822
5500,—
1500,—
1897
500,—
85000,—
1898
35000,—
20000,—
1901
8000,"
280,—
18OOO,—
1910
11500,"
1912
8000,—
4500,—
202,50
15000,—
1917
11000,—
8000,—
1917
6000,—
270,--
17000,—
1918
15500,—
5500,—
1919
4500,—
43000,—
1919
2000,—
7000,—
1919
5750,—
8000,—
1919
6750,—
24500,—
1922
22500,—
1500,—
1920
750,—
1923
39000,—
2120,—
ƒ177500,—
1923
175000,—
10052,50
1925
273000,—
1925
2100,—
27000,—
1925
27000,—
Leeningen, bij wijze van annuïteit aangegaan.
Oorspronkelijk Jaar, Bedrag Annuï- Rentevoet Bedrag van elke geldleeni
bedrag van waarin zij van elke teit gedurende het vijfjarig
elke schuld is aange- schuld op tijdperk, met opgave van
gaan 1 Januari aanleiding het doel der
1926 leening, en met vermeldin
der niidelen tot haai af
lossing aangewezen.
(Art.136, alinea 2, der
gemeentewet)
6532,07 ƒ337,09 3%
137359,16 7678,79 3%
6644,De annuïteit en rentevoet is nog niet vastge
steld.
97400,idem.
6568,49"' 1920
ƒ1 49175,-- 1920
6644,— 1921
97400,— 1921