38 Opgave der beteelde hectaren, met vermelding der hoofdgewassen, der tweede vruchten, der opbrengst per hectare en der gezamenlijke opbrengst: Hoeveelheid der beteelde hectaren HOOFDGEWASSEN Tweede vruchten Vermelding na welk gewas de tweede vruchten zijn geteeld OPBRENGST Gezamen lijke opbrengst hectare Opmerkingen. De opbrengst is in H.L. aangegeven, in dien daarvoor in deze kolom geen andere maatstaf is vermeld Wintertarwe. Zomertarwe. Spélt. Winterrogge. Zomerrogge. Wintergerst. Z/omergerst. Haver. Evene. Zandboekweit. V eenboekweit. Veklboonen (wier-, paarden-, duiven-, Waalsche-). Erwten. Stamboonen. Winterkoolzaad. Bruin mosterdzaad. Geel mosterdzaad. Karwijzaad. Zomerkoolzaad. Boterzaad of Zomerraapzaad. Dederzaad. Blauwmaanzaad. Vlas. Hennep. Tabak. Kanariezaad. Hop. Andere handelsgewassen. Land- en tuinbouwzaden. Consumptieaardappelen (late). (vroege). Fabrieksaardappelen. Suikerbieten. Mangelwortels en voederbieten Koolrapen. Zomerknollen. Gele wortelen of paardenpeen. Cichorei. Meekrap (gedolven). (te velde). Andere knol- en wortel gewassen. Uien. Roode of hoofdz. roode klaver. Witte of hoofdz. witte klaver. Mengklaver (roode en witte dooreen). Andere klaver. Lucerne. Zomerspurrie Kunstweiden. Wikken. Lupinen. Andere groenvoedergewassen. Roode klaver (v. zaadwinning). Witte klaver Blijvend grasland. baaltjes h 50 K.G. K.G. K.G. lint. K.G. gerepeld vlas. lijnzaad. K.G. lint. hennepzaad. N.B. Kriel en pootgoed med^ te rekenen. K.G. K.G. natte wortel. K.G. hooi, le snede. K.G. K.G.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1930 | | pagina 38