den 4 December 1886. Tegenwoordig de hoerenYan IIal, Van ier Burgh, Van Aken, Guljé, Pels Rijcken, Smits, Rombouts, Nelissen, Van Dam, Van Mierlo, Vreede, Marijnen, Backer, IIe vla erts, en De Man Voorzitter. Afwezig de lieer Koppens. De notulen van den 10 October jl, worden, na voorle zing, goedgekeurd. A. Door den Voorzitter worden do volgende ingekomen stukken medegedeeld 1. De geloofsbrief van den heer F. P. J. Klep, nieuw gekozen lid van den raad dezer gemeente. Op voorstel van den Voorzitter, is besloton eene commissie van drie leden te benoemen tot onderzoek van djen geloofsbrief en het doen van verslag daarom trent; tot leden dier commissie worden door den Voor zitter, op verlangen van den Raad, aangewezen de heeren Van Mierlo, Pels Rijcken en Van Dam. De genoemde Commissie, tot bot verrichten van dat on derzoek, verlaat de vergadering, welke voor een oogenblik wordt geschorst. De Commissie weder binnen gekomen zijnde, rapporteert bij mende van den lieer Van Mierlo, dat de overgelegde stukken onderzocht en in de vereischlc orde bevonden zijn en mitsdien tot de toelating van den lieer Klep concludeert. Zonder beraadslaging wordt, volgens de conclusie van het rapport, met algemccne stemmen besloten den heer Klep als lid van den gemeenteraad toe te laten, daarvan aan de Gedep. Stalen en don tocgelalene kennis te geven, laalst- gem. met inachtneming van liet bepaalde bij art. 38 der

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1886 | | pagina 118