10 10 April 1886. Weth. nog nauwelijks tijd hebben gehad, er kennis van te nemen. De heer Nelissen merkt op, dat hij tusschen de begrooting en de conversie van de Schuld geen verband ziet. De Voorzitter weerspreekt dit, doch geeft de verzekering dat Burgemeester en Wethouders tot de conversie zullen over gaan, op eene wijze die in het meeste belang der gemeente zal zijn. De heer Nelissen berust in deze toezegging. Hierna gaat de Vergadering over in geheim Comité. De Secretaris, L. D. G. TEYCHINÉ. De Toorzitter, DE MAN.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1886 | | pagina 44