11
22 Mei 1886.
De heer Yan Mierlo zegt dat de verwondering door den
Voorzitter geuit, ook bij bem niet minder bestaat. De
zaak is immers breedvoerig in eene geheime zitting be
sproken en daarin werd hem door den raad opgedragen
een voorstel te doen waarmede vooraf nog Burgemeester
en Wethouders in kennis zijn gesteld.
Over de zaak verder handelende, wil spreker aanne
men, dat de grond waarop die hoornen staan, vroeger een
gedeelte was van den polder van het Speelhuis dat daar
van mettertijd afgescheiden is, en dit heugt hem nog
dat daarop altijd boomen van Dekkers gestaan hebben,
waartegen niemand zich ooit heeft verzet, evenmin dat
de kniepooten om de vijf jaren werden gehakt, waarom
het niet twijfelachtig zoude kunnen zijn of bij eene even-
tuëele procedure door Bet Martens zij die zou winner.
Aangezien zij dit niet wil, zou het in het belang der ge
meente zijn eene billijke transactie met haar aan te gaan,
waarvan de grondslag in zijn voorstel is vervat.
De heer Yan Aken zegt dat de weide,waarop de boo
men staan, in 1865 door de familie Moolenbergh is ver
kocht en toen in eigendom kwam van Dekkers, waarvan
hij de koopakte en grensscheiding heeft gezien, bepalende
die ten oosten het trekpad op de helft van den sloot, en
de kooper zelf bekende geen aauspraak noch als eigen
domsrecht noch dat van beplanting te hebben.
Wat de wijze van opruiming der boomen betreft door
afzaging, zooals in het voorstel van den heer Yan Mierlo
is opgenomen, daar is spreker sterk tegen, doordien de
gemeente later vele kosten van het uitdoen der struiken,
zoude hebben.
De heer Yan Mierlo zegt dat het afzagen der boomen
door hem is gemeld omdat dit beter is voor den dijk en
wat de jkwestie van eigendomsrecht' aangaat dat liet ka-