8 deis 17 September 1887. De voorzitter merkt den heer De Booy op, dat nog niet besloten is tot de behandeling over te gaan, en men daar mede wcnschle te wachten tot de heer Nelissen, die thans voor zijne gezondheid op reis is, ter vergadering zal zijn, en wil eerst in omvraag brengen of tot de behandeling der pensioensregeling zal worden besloten. De heer De Booy wil dan ook den heer Nelissen maar afwachten, die wellicht in staat is meer licht over deze zaak (e verspreiden. De heer Rombouls merkt aan, dat hij het verlecnen van pen sioen aan 's Rijks ambtenaren, ook dat gedeelte hunner inkom sten in rekening wordt gebracht, 't welk in het genot van vrije woning] beslaat. Dit is in het reglement op het pensioen onzer gemeente-ambtenaren niet het geval. Bij de aanstaan de wijziging van dat reglement wenscht hij dit veranderd le zien, waarom hij er nu reeds de aandacht op vestigt. De heer De Booy wenschle den voorzitter nog onder de aandacht le brengen, dat in het gemeente-verslag over 188(5 betreffende het pensioenfonds, voorkomt, dat de rente van de belegde kapitalen en van het kapitaal in de Spaarbank, in 1885 aanwezig, bedroeg f 3034.97 en in 1886 was4484.23 hetwelk op eene fout moet berusten. De voorzitter antwoordt, dat dit in de afloopende korting kan zitten. De heer Rombouls is dit verschil ook opgevallen, doch heeft van den heer Guljé vernomen, dat de gemeente-ont vanger op den post «rente» heeft gebracht wat eigenlijk onder de «conversie» diende te staan. Alsnu wordt besloten in eene volgende vergadering de pen- sioensregeling ter hand le nemen Waarna de vergadering is gescheiden. De secretaris])e voorzitter L. D. G. TEYCHINÜ. DE MAN.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1887 | | pagina 121