li
den 15 Oc:oler 1887.
tijdens de behandeling der legrooting in het v.uig jirrr
uitgebracht
b. het d arop ingekomen schriftelijk antwoord van den
voorsteller, den heer Marijnen, gedagteekend 2 Augustus
1887, met aandacht onderzocht en daaromtrent met den
gemeente-bouw kundige van gedachten gewisseld, hetgeen
ten gevolge heeft gehad een nader onderzoek van dien amb
tenaar, die bij missives van 10 en 1-1 September 1887 on
derscheidene iijner collega's heeft aangeschreven hem te willen
mededeelen, hoe omtrent deze aangelegenheid in hunne ge«
meenten werd gehandeld, en met welk resultaat; zoomede
om hunne zienswijze over het al of niet aanbevelenswaardige
der verschillende stelsels ook uit een financieel oogpunt te
mogen vernemen, welke missives en antwoorden in afschrift
worden oveigelegd.
Na kennisneming van laatstbedoelde stukken heeft de
zaak, in eene vergadering der commissie op 13 Octobcr j.h,
met den bouwkundige der gemeente een punt van nadere
overweging uitgemaakt.
De hoofdstrekking van het gedane voorstel is, zooveel
mogelijk alle werken ook de onderhoudswerkente doen
uitvoeren bij openbare aanbesteding, zoo min mogelijk in
eigen beheer, waardoor de post van Hoofdstuk I, art. 13,
litt. Icvan vaste gemeente-arbeiders uitgetrokken op de
loopende begrooting onder de uitgaven, die jaarlijks stijgt
en ook volgens het gevoelen van den gemeente-bouwkundige
jaarlijks door de nieuw opkomende behoeften stijgen moet,
aanzienlijk zal worden verminderd, waardoor echter andere
posten van uitgaven, van verschillende artikelen der Hoofd
stukken II, ILf, IV en "VI, zullen vermeedcren, als wor
dende een gedeelte rier daarbij omschreven werken door de
vaste of eigen arbeiders verricht.
Wat bctrift het doelmatige van het gedane voorstel, zoo*
C