den 3 December 1887.
De voorzitter antwoordt, dat de aanbesteding voor drie
maanden te kort is, doch voor een halfjaar er door kan.
De heer De Booy, zich wel kunnende vereenigen met den
voorzitter, vreest echter, dat de behandeling van het ver
slag van den heer Marijnen in zake de aanbesteding der
gemeentewerken daardoor zeer zal vertragen.
Waarop de voorzitter antwoordt, dat om de zaak niet
uit het oog te verliezen, zij onder de aangehouden zaken
staat vermeld.
De heer Nelissen stelt, in afwachting van de behande
ling van het rapport, voor, de voorwaarden van aanbe
steding in handen der bouwcommissie te stellen.
De heer Pels Rijcken zag ook gaarne dat de bestaande
voorwaarden nog voor zes maanden van kracht bleven.
Hierover, alsmede over de vraag of de onderwerpelijke zaak
wel tot de competentie van de bouwcommissie behoort,
werd nog verder het woord gevoerd.
De heer Rombouts wenschte, wanneer de bestaande
voorwaarden voor een halfjaar van toepassing werden ver
klaard, per se toch de bepaling gesteld te zien, dat
inmiddels de voorwaarden naar de bouwcommissie werden
verzonden.
De voorzitter acht het beter die roidderwijl op de secre
tarie ter inzage te leggen, zoowel voor den raad in 't
algemeen als voor de bouwcommissie in 't bijzonder.
De heer Rombouts blijft bij zijn gevoelen.
De voorzitter vraagt, of de raad kan besluiten het ont-
werp-bestek der drukwerken goed te keuren en dat van
de gemeentewerken voor een halfjaar toe te passen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe be
sloten.
De heer Rombouts vraagt den voorzitter of in dit besluit
toch begrepen is de verzending van het tarief naar de
bouwcommissie.
De voorzitter antwoordt hierop ontkennend, maar dat
het ter visie wordt gelegd.
Nadat hierover de heeren Heijlaerts, Van Dam en Rombouts