den 10 December 1887. De heer Van Mierlo ondersteunt de zienswijze van den heer Guljé. Hij vindt niet dat de trottoirkeien beter zijn; men ziet er veel plassen op en acht de tegels doelmatiger. De heer De Booy keurt, na hetgeen er van gehoord is en de ondervinding geleerd heeft, den ijzersteen doelmatiger en ge lijk,er voor het loopen. De voorzitter stelt voor het voorstel van den heer Nelissen in omvraag te brengen. Daartoe besloten zijnde, wordt het met twee tegen twaalf stemmen verworpen. Vóór stemden de heeren Marijnen en Nelissen. Tegen de heeren: Van Hal, De Booy, Guljé, Van Dongen, Pels Rijcken, Smits, Rombouts, Van Mieilo, Heijlaerts, Van Aken, Backer en de voorzitter. Artikel 6 »Werd verlangd bij het maken van trottoirs »geene open vakken te laterin welke bij regen een slik- »boel ontstaat, die den weg nog onbegaanbaarder maakt »dan vóór de bestrating." De heer Rombouts vraagt, of in het volgend jaar ook in de Markstraat trottoirs worden aangelegd, en wijst op den modderpoel die daar steeds is. De heer Guljé zegtdat de bewoners aldaar zelf oorzaak van dien toestand zyndoordien zij hun vuil water te midden van den weg loozen. De voorzitter zegt, dat aan die straat te zijner tijd de noodige aandacht zal worden gewijd. Artikel 6 g. »In eene afdeeling werd de meening voor- »gestaan, dat geene straten meer zouden worden begrint." De heer Rombouts is er zeer voor om het systeem van begrinten in de stad te verlatenen om de gasbuizen onder de trottoirs aan de begrinte wegen te leggen. De heer Marijnen heeft ook bezwaar, dat in nieuwe wegen spoedig riolen enz. worden gelegd. Eene beslissing in deze wordt niet genomen. Artikel 6 h. Bouwen eener nieuwe vischmarkt ƒ8000."

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1887 | | pagina 162