116
14 Juli 1888.
22°. Adres van den lieer kapitein Bode, van den 25sten
Juni 1888.
Dewijl dit adres niet op zegel geschreven is, geschiedt
daarvan geen voorlezing en wordt het builen behandeling
gesteld.
De heer Heijlaerts zou niettemin wenschen deze zaak toe
te lichten, doch de voorzitter ontraadt hem dit om meer
dan eene reden, waarmede de heer Heijlaerts genoegen
neemt.
23°. Procesverbaal van den 28sten Juni 1888, van bur
gemeester en wethouders, wegens gedane opname bij den
gemeente-ontvanger van de gesteldheid der gemeentekas en
van den staat der daarmede in verband staande bescheiden,
boeken en registers, waaruit blijkt, dat een saldo in kas
was van f 75.306,10.
De voorzitter zegt, dat van deze gelden een gedeelte in
de Bank te Amsterdam berust tot uitbetaling van coupons
en overigens veel met 1 Juli is moeten betaald worden.
Na deze mededeeling stelt de voorzitter voor, bedoeld
procesverbaal voor kennisgeving aan te nemen, waartoe
besloten wordt.
24°. Missive van burgemeester en wethouders van Breda
dato 5 Juli 1888, N". 499, houdende aanbieding, ter vol
doening aan hel bepaalde bij art. 182 der gemeentewet,
van het Verslag van den toestand dezer gemeente over 1887.
Wordt besloten bedoeld verslag te doen drukken
en ronddeelenna eene korte opmerking van den
voorzitter, dat de indiening van dit Verslag, ten ge
volge van de ziekte en het daarop gevolgd over
lijden van den secretaris, vertraagd is, welke ver
traging naar hij vertrouwt de raad wel zal
billijken.
25°. Missive van burgemeester en wethouders, dato 29
Juni 1888, N°. 486, houdende, ten gevolge der periodieke
