13 October 1888.
Tegenwoordig de heeren: Smits, Pels Rijcken, Van
Dongen, Backer, Guljé, Van Aken, Heijlaerts,
Vreede, Van Mierlo, Van Dam, Rombouts, Nelissen
en De Man, voorzitter.
Afwezig de heeren: Marijnen, Van Hal, Klep en
De Booy.
De notulen van het verhandelde in de vorige zitting.12
worden voorgelezen en met eene kleine wijziging goed
gekeurd.
De voorzitter deelt mede, dat is ingekomen een schrijven
van den heer Van Hal, waarin hij kennis geeft, dat hij
door ongesteldheid verhinderd is de raadsvergadering van
heden bij te wonen.
Vervolgens stelt de voorzitter aan de orde
A. Ingekomen stukken:
1°. Missive van de Gedeputeerde Staten van Noord-
Brabant, dato 27 September 1888, G, N°. 81/24, houdende
bericht van de ontvangst van het aan hen toegezonden af
schrift der verordening op de algemeene begraafplaats in
deze gemeentewelke bij raadsbesluit van den 22sten Sep
tember 1888 is vastgesteld.
Wordt besloten deze missive aan te nemen voor
kennisgeving.
2°. Missive van Gedeputeerde Staten voornoemddato
27 September 1888, G, N°. 55/12, houdende te kennen-
18