198 3 November 1888. ber 1888 aan de beurt van aftreding zijn, de heeren Christiaan Verkaar, Cornelis van den Eeden en Franciscus Hendricus M. Smits. Wordt aangenomen voor kennisgeving. 3°. Missive van den heer J. P. H. de Man, dato 22 October 1888, zich bereid verklarende zijne benoeming tot lid der commissie van beheer van het stads-teekeninstituut te aanvaarden. Wordt aangenomen voor kennisgeving. 4°. Missive van het college van regenten over het Oude mannenhuis alhierdato 15 October 1888, N°. 188, houdende aanbieding der begrooting van inkomsten en uitgaven voor het dienstjaar 1889, voorzien van de noodige toelichtingen. De benoeming eener commissie tot onderzoek dier begrooting wordt door den raad overgelaten aan den voorzitter. Deze benoemt daarop als zoodanig de heeren Van Dongen, Backer en Romboutswelke zich deze keuze laten welgevallen. 5°. Adres van M. O. van der Heiden, tamboer-majoor der dienstdoende schutterij te Breda, dato 12 October 1888, verzoekende zijn traktement van f 40 met f 20 te willen verhoogen. Wordt, op voorstel des voorzitters, besloten, dit adres aan te houden tot bij de behandeling der ge meente-begrooting voor den dienst van 1889. De voorzitter ontvangt een briefje, dat hij doet voorlezen, en waarin de heer J. E. Vreede kennis geeft, dat hij door ongesteldheid verhinderd is de zitting van heden bij te wonen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1888 | | pagina 198