NOTULEN
der yergaaeriiiaeii Tan den
GEMEENTERAAD VAN BREDA.
Tegenwoordig de heeren: Guué, Marijnen, Backer,
Klep, Van Dongen, De Booy, Pels Rijcicen, Smits,
Rombouts, Nelissen, Van Mierlo, Heijlaerts, Van
Aken, Van Dam en De Man, voorzitter.
Afwezig de heer Van Hal.
De secretaris ongesteld zijnde, wordt diens functie waar
genomen door den eersten commies J. G. Blaeser.
De notulen van den 3den December jl. worden voor
gelezen en, na aangebrachte wijziging, vastgesteld.
De notulen van den lOden en 13den December jl. worden
aangehouden.
De voorzitter stelt aan de orde:
A. De volgende ingekomen stukken:
1°. Missive van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
van den 1 sten December 1887, G, n°. 151/28, 2de afd., 3de
bur., daarbijin antwoord op de bij missive van 11 November
te voren, n°. 698, gegeven inlichtingen, le kennen gevende,
dat zij daarmede niet bevredigd zijn en alsnog verzoeken:
a. den gemeente-ontvangerzooals zijne instructie voor
schrijft, voor elk dienstjaar een kasboek te doen aanleggen;
b. de hulpjournalen te doen zegelen;
c. de gelden, afkomstig van het legaat van wijlen Dr.
Van Coothop eene andere wijze te beheeren
1