15 December 1888.
Tegenwoordig de heerenSmits, Pels Rijcken, De
Booy, Van Dongen, Klep Van Hal, Backer, Marijnen,
Guljé, Van Aken, Vreede, Nelissen, Van Dam, Rom
bouts, Heijlaerts en De Man, voorzitter.
Afwezig de heer Van Mierlo, met schriftelijke kennis
geving.
De notulen der vergadering van den 3den November 1888
worden na voorlezing goedgekeurdbehoudens de.bijvoeging,
op verlangen van den heer Rombouts, van het gesprokene
door den voorzitter, dat als geen geschikte plaats voor de
kermis te vinden is, zij zal moeten afgeschaft worden.
Vervolgens stelt de voorzitter aan de orde
A. Ingekomen stukken:
1°. Missive van de Gedeputeerde Staten dezer provincie,
dato 15 November 1888, G, N°. 120/73, geleidende af
schrift van een Koninklijk besluit van den 7den November
1888,'N°. 16, met daarbij behoorenden staat, waarbij goed
keuring wordt verleend aan de ingezonden voordracht tot
heffing van begrafenisrechten.
De voorzitter stelt voor, bedoeld besluit aan te
nemen voor kennisgeving en verder ter uitvoering
te zenden aan burgemeester en wethouders, waartoe
besloten wordt.
20