216
15 Decemrer 1888.
De heer Rombouts neemt als voorbeeld zijner bedoeling
den postKosten van schoonhouden en meubelen van het
gemeentehuis. Bij zulk een post nu moet het arbeidsloon
gevoegd worden. Dat staat ook zoo zegt spreker in
de begrooting van Nijmegen.
De voorzitter moet wel opmerkendat aan Nijmegen de
Gedeputeerde Staten van Gelderland voorschriften geven.
De heer Pels Rijcken zegt, dat in 't model van Gede
puteerde Staten staat een post voor gemeente-arbeiders.
Nu zou spreker wel kunnen goedvinden om dien post uit
te trekken tot een kleiner bedrag, in den geest zooals de
heer Smits dit zou wenschen. Het belang der gemeente
toch zegt spreker is daarbij niet betrokken.
De heer Nelissen releveert het gedane voorstel van den
heer Rombouts en stelt voor dit te verdagenals rakende
eerst een volgend jaar.
De voorzitter acht alle posten behoorlijk aangeduid en
ziet in eene eventueele wijziging niets dan noodelooze uit
breiding van administratie.
De heer Van Hal ondersteunt het voorstel van den heer
Nelissen tot verdaging van het voorstel van den heer Rom
bouts. Er heeft niets onregelmatigs plaats. De heer
Marijnen kan op een cent af wetenhoeveel de gecom
bineerde post bedraagt, terwijl bovendien de commissie tot
onderzoek der rekening later alles naziet. Spreker ver
klaart dan ook, dat hij het voorstel van den heer Rombouts
niet steunen kan.
Na deze discussie trekt de heer Rombouts zijn voorstel in.
De voorzitter brengt daarop in stemming Artikel 13 h
(vaste gemeente-arbeiders), waarvan de uitslag is dat
het wordt aangenomen rnet 12 tegen 4 stemmen.
Vóór waren de heerenSmitsPels RijckenDe Booy
Van Dongen, Klep, Van Hal, Backer, Guljé, Van Aken,
Vreede, Nelissen en de voorzitter.
Tegen de heeren: Marijnen, Van Dam, Rombouts en
Heijlaerts,