222 15 December 1888. De heer De Booy dankt den voorzitter voor zijne inlich ting, maar wenscht nu nog iets te weten omtrent den stand der werkzaamheden voor de waterleiding. De voorzitter antwoordt, dat ten aanzien der prise if eau eerst bezwaren ontmoet werden bij het legerbestuur en dat later van den kant der gemeente Teteringen bedenkingen rezen; dat thans gewerkt wordt op de Setersche Heide te Dorst, maar dat het hem niet bekend is, of de proef nemingen gelukt zijn. De heer De Booy vraagt, of de 100.000 dan toch zullen verwerkt wordenwaarop de voorzitter bevestigend antwoordt. Hoofdstuk IV wordt daarop goedgekeurd. Ten aanzien van Hoofdstuk VI, Art. 17 b (Kosten van het Gymnasium, schoolboeken en schooibehoeften), merkt de heer Rombouts op, dat vroeger de heer Van Mierlo f 400 voldoende achtte. De heer Guljé zegtdat de thans uitgetrokken som op gegeven is door de commissie van beheer dier inrichting. De heer Pels Rijcken geeft in overweging om de kosten dezer nieuwe inrichting niet te zeer te beperken. De heer Van Dam wijst er opdat 100 minder be groot is dan voor 1888. Spreker kan niet aanraden om eene terloops door den heer Van Mierlo genoemde som als officieel aan te nemen. De heer Rombouts beroept zich op de notulen van het vorig jaar; verder vestigt hij de aandacht op Art. 22, waar f 150 voor kosten van plaatselijk toezicht op het Gymnasium is uitgetrokken, terwijl voor andere commissiën slechts ƒ50 begroot is. Hij stelt mitsdien voor die som te verminderen. De heer Van Dam zegt, dat wat niet behoeft uitgegeven te worden, in kas blijft. Niet mag uit het oog verloren worden zegt spreker dat 't Gymnasium is eene jeugdige stichting, met nog vele behoeften. Den heer Rombouts is het niet duidelijk, dat ter onder-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1888 | | pagina 222