248 22 December 1888. Alsnu stelt de voorzitter voor, de stukken te ver zenden aan de bouwcommissie, waartoe zonder hoof delijke stemming besloten wordt. 13°. Ontwerp-verordeningen tot heffing van belasting op tooneelvoorstellingen en andere openbare vermakelijkheden. De voorzitter herinnert, dat deze verordeningen bij de leden gecirculeerd hebbenen vraagtof de raad bereid is ze in behandeling te nemen. Dewijl niemand der leden ten opzichte dier ver ordeningen eenige bedenking te kennen geeft, worden ze, zonder hoofdelijke omvraag, goedgekeurd en vastgesteld. 14°. Motie van het raadslid, den heer Rombouts, be trekkelijk de plaats tot het houden van kermis of jaarmarkt. Die motie is van den volgenden inhoud »De raad van oordeel dat het terrein, genaamd de sOudevest, met het oog op de zedelijkheidongeschikt is »tot het houden van kermis of jaarmarkt »Spreekt de wenschelijkheid uit, dat genoemd terrein in ïden vervolge niet meer tot dat doel gebruikt worde." De voorzitter verzoekt den secretaris voor te lezen het te dezer zake ingewonnen advies van den commissaris van politie, die te kennen geeft, dat gedurende den tijd, en wel sedert 1880, dat het terrein, genaamd de Oudevest, is gebezigd geworden tot het plaatsen van draaimolens, tenten, enz., geen klachten over het te dier plaatse bedrijven van onzedelijke handelingen zijn ingekomen, en het hem ook niet is gebleken, dat gedurende de kermissen of jaar markten aldaar iets gebeurtdat strijdig is met de zedelijkheid. De heer Van Hal acht het ongewoon, dat in deze een advies gevraagd is aan den commissaris van politie; liever had spreker een antwoord ontvangen van burgemeester en wethouders. De voorzitter zegt, dat bedoeld advies als zoodanig moet beschouwd worden. Den heer Van Hal spijt het, dat hij niet door data kan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1888 | | pagina 248