250
22 December 1888.
de heer Van Mierlo zou spreker wel wenschen, dat de
mallemolens verplaatst werden.
De heer Vreede wenscht, vóór er tot stemming worde
overgegaan, zijne stem te motiveeren. Spreker verklaart
te zullen stemmen tegen de motie van den heer Rombouts,
onder voorwaarde, dat door burgemeester en wethouders
aan de gerezen klachten zooveel mogelijk zal worden te
gemoet gekomen.
De voorzitter verzekert, dat juist het minste ter gelegen
heid van kermis aan de Oudevest iets plaats heeft, dat
afkeuring verdient, en wijst er op, dat de tenten geplaatst
zijn met het front naar de daar ter plaatse gelegen lief
dadigheidsinstellingen.
De heer Rombouts zegtdat het door den heer Van Hal
medegedeelde feit door hem kan bevestigd worden. Wat
de motie betreft zegt spreker daarin wordt eene
wenschelijkheid uitgesproken, juist omdat hij weet, dat
het onderwerp behoort tot de bevoegdheid van burgemeester
en wethouders, aan wie thans dan ook enkel een wenk
wordt gegeven.
De voorzitter moet wel opmerkendat burgemeester en
wethouders niet zijn de ondergeschikten van den raadzij
werken samen met den raad.
Daarna brengt de voorzitter de motie van den heer Rombouts
in stemming, waarvan de uitslag is, dat de stemmen staken,
ten gevolge waarvan, krachtens art. 50 der gemeentewet,
het nemen van het besluit tot eene volgende vergadering
wordt uitgesteld.
Vóór stemden de heeren: De Booy, Van Hal, Klep>
Smits, Rombouts, Nelissen, Van Dongen en Van Dam.
Tegen de heerenVan Aken, Guljé, Marijnen, Van Mierlo,
Vreede, Heijlaerts, Backer en de voorzitter.
Hierna sluit de voorzitter de vergadering.
De secretaris,
A. R. VERMEULEN.
De voorzitter,
DE MAN.