3 Maakt 1888.
31
5°. Het tweede aanvullingskohier van den hoofdelijken
omslag over het dienstjaar 1887.
De voorzitter stelt voor dit kohier vast te stellen en ter
goedkeuring te verzenden aan Gedeputeerde Staten, terwijl
de eventueel later daarop in te brengen reclames kunnen
behandeld worden in geheime zitting.
Dienovereenkomstig wordt besloten en dit kohier
vastgesteld tot een bedrag van ƒ1519.85.
6°. Missive van het burgerlijk armbestuur van den 17den
Februari 1888, N°. 9, daarbij inzendende het verslag van
den toestand zijner administratie over 1887.
Op voorstel van den voorzitter wordt besloten dit
verslag bij de leden te doen circuleeren.
7°. De heer Vreede, ten raadhuize verschenen zijnde,
verzoekt de voorzitter den waarnemenden secretaris ZEd.
ter vergadering binnen te geleiden.
De heer Vreede, ter vergadering verschenen zijnde, legt
in har.den van den voorzitter de voorgeschreven eeden af.
De voorzitter verklaart hierop den heer Vreede
als lid van den raad geïnstalleerd en verzoekt ZEd.
zitting te nemen.
Met de behandeling der ingekomen stukken wordt alsnu
voortgegaan en komt aan de orde
8°. Missive van de commissie van toezicht op het mid
delbaar onderwijs alhier van den 23sten Februari 1888,
daarbij, in advies op het nader verzoek van den heer
Dr. J. Bosscha Jr.om reeds nu van zijne lessen aan de Hoogere
Burgerschool te mogen worden ontheven, mededeelende,
dat volgens het oordeel der commissie de opheffing van de
lessendie den heer Bosscha zijn opgedragenzonder dat
in zijne vervanging is voorzien, nadeel zou toebrengen aan
het onderwijs aan die inrichting en storend zou weiken
op den goeden gang van het onderwijs. Om daarin te gemoet
