46 17 Maart 1888. het woordje oj, daar men er anders zich op kan beroepen, dat de een de boter in de Hal gebracht en de ander ze verkocht heeft, en betwijfelt of, wanneer tegen beiden proces-verbaal wordt opgemaaktze dan wel onder het bereik der strafwet vallen. Deze zienswijze algemeen gedeeld wordende, wordt besloten die verandering in het ontwerp aan te brengen. Eene verdere bespreking heeft alsnu plaats, en wel dat het geoorloofd is buiten de Hal alles te verkoopen wat ieder wil, alsmede dat de verkoopers van eieren niet meer in het gebouw mogen worden toegelaten, om daardoor meer dere ruimte aan de handelaren in natuurboter te verzekeren. De heer Guljé vraagtnamens burgemeester en wethouders machtiging om de ontwerp-verordening artikelsgewijze te splitsen. Welke machtiging wordt verleend. Hierna wordt de ontwerp-verordening zonder hoof delijke stemming goedgekeurd. De voorzitter stelt alsnu aan de orde 2°. De legger op de openbare wegen en voetpaden in de gemeente en het bezwaarschrift daartegen van het waterschapsbestuur »Abroek" onder Prinsenhage. De heer Guljé zegt, dal het waterschapsbestuur alléén verlangt, dat in den legger op de wegen en voetpaden de weg genaamd y>het Dijkjedaarop voorkomende onder volgnummer 118, als in beheer staat aangegeven bij degemeente Breda, en dit worde veranderd in beheerbij het water schapsbestuur »Abroek," zonder dat daarbij sprake is aan wien de weg in eigendom toebehoort. De heer Pels Rijcken merkt op, dat het Dijkje toch voor- deelen oplevert met betrekking tot de verpachting van het grasgewasen vraagtindien het polderbestuur zich dat grasgewas toeigent, of die toeëigening dan met het eigen-, domsrecht strookt?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1888 | | pagina 46