f 2370,
26 Mei 1888. 87
11°. Adres van Jan Bogaerts te Breda, dato 22 Mei 1888,
strekkende om hem mede te deelen, of de neven »Concordia"
improductief liggende gemeentegrond onderhands dan wel
in het openbaar te koopen is en hem in het eerste geval den
prijs te willen doen kennen, gerekend per vierkanten meter.
Ue heer Rombouts oppert het bezwaardat het overdragen
van dien grond ongewenscht zou kunnen zijn voor de
ambachtsschool.
De voorzitter wijst er evenwel op, dat een groot terrein
tusschenbeide ligt.
De heer Vreede doet opmerken, dat ook vroeger »Concordia"
tot aankoop een verzoek heeft gedaan.
De heer Pels Rijcken zouofschoon hij deze zaak meer
bekend acht bij het dagelijksch bestuur, bij openbaren ver
koop wel meer liefhebbers verwachten.
De heer De Booy vraagt, welke de reden is, dat die
grond niet reeds vroeger is verkocht, en doet het voorstel,
dat burgemeester en wethouders zoo spoedig mogelijk tot
den verkoop zullen overgaan.
De heer Guljé zegt, dat door het niet vroeger verkoopen
van dien grond de gemeente geldelijk zal gebaat worden.
De heer Pels Rijcken stelt voor nog geene beslissing te
nemen, om inmiddels het terrein in loco te kunnen onder
zoeken, waartoe, nadat de heer De Booy zijn voorstel heeft
ingetrokken, zonder hoofdelijke omvraag besloten wordt.
C. Verslagen
1°. De voorzitter deelt mede, dat bij openbaren verkoop
van het huis aan de Veemarkt, dit op 2 Mei 1888 is
ingezet op1410.
den 16den Mei 1888 verhoogd met 1200.
Gemijnd op 30.
Samen 2670.
Af '/4 strijkgeld. 300.
en vraagt, of de raad genoegen neemt met het bod, waartoe
eenstemmig besloten wordt.