J
9 Juni 1888.
Tegenwoordig de heeren: Heijlaerts, Yreede, Van
Mierlo, Nelissen, Rombouts, Smits, De Booy, Van
Dongen, Klep, Van Hal, Backer, Marijnen, Guljé en
Van Aken, waarn. voorzitter.
Afwezig de heeren De Man, burgemeester, wegens onge
steldheid, Van Dam en Pels Rijcken.
Na voorlezing van de notulen der vergadering van den
26sten Mei 1888 vraagt de voorzitter, of daarop ook aan
merkingen zijn, waarop de heer Rombouts herinnert, dat
hij aan burgemeester en wethouders verzocht heeft een
staat over te leggen van de kinderen, die op de armen
scholen onderwijs genieten en tevens hoe hoog hunne
ouders in den hoofdelijken omslag zijn aangeslagen, welk
laatste punt niet in de notulen vermeld wordt, zoodat hij
daarvan bijvoeging verzoekt.
De voorzitter zegtdat aan dit verzoek zal voldaan worden
waarna de notulen worden goedgekeurd en vastgesteld.
De voorzitter leest voor een schrijven van den heer Pels
Rijcken, waarin hij kennis geeft, dat hij tot zijn leedwezen
verhinderd is de raadsvergadering van heden bij te wonen.
De volgende ingekomen stukken worden aan de orde
gesteld
A. 1°. Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Bra
bant, dato 30 Mei 1888, G, N°. 28/30, tot goedkeuring
van den onderhandschen verkoop van grond aan W. Marijnissen.
2°. Besluit van Gedeputeerde Staten voornoemd, dato
10
