202 4 December 1889. nen later weer voor andere doeleinden dienst doen. Werd het pomptoestel h. v. bij de Willemsbrug geplaatst, dan zou het uitstekend kunnen gebruikt worden tot vulling der zoo lang en zoo algemeen gewenschte sproeiwagenswier ommegang nog altijd tot de pia vota behoort. 2". In eene andere sectie werd een vrijwat goedkooper en eveneens doeltreffend middel aan de hand gegeven, een hulp middel waarbij noch machinist noch kolenverbruik noodig is. Een lid ried nl. aan een Haliday-molen aan te schaffen, een werktuig thans, door de zich opvolgende tentoonstellingen, voldoende bekend, en trouwens reeds gedurende eenige jaren door den heer A. Lips op zijne buitenplaats y>Bergvlietbij Ter- heijdenmet succes gebruikt. Genoemde heer zal wel niemand onzer Raadsleden weigeren de werking in loco ervan na te gaan. De motor van den molen, die er keurig uitziet en bij of in ons Valkenberg volstrekt niet misplaatst zou wezen, is de wind. De minste beweging in de lucht brengt de horizontaal liggende wieken in beweging, zoodat zij onafgebroken doorwerken. Bij den heer Lips voedt genoemde molen een krachtig en hoogsprin- gende fontein, eenige andere waterwerken en heeft dan nog meer dan genoeg kracht om eene vrij groote oppervlakte te be sproeien. De kosten van aanschaffing bedroegen f 600alzoo zooveel als een pompseizoen aan handenarbeid kost. In eene andere sectie meende men te moeten aanraden den vijver droog te makenhet leem weg te nemen en al den lossen grond weg te baggeren. Eerst als deze laatste geheel is opge ruimd, kan de leemlaag doeltreffend werken. De groote kosten zullen wel een beletsel zijn voor de uitvoering daarvan. Wel licht ware veel eenvoudiger den geheelen leemwinkel op te red deren, den vijver, van het onooglijke muurtje ontdaan, behoor lijk uit te diepen en van de eene zijde met de Academie vest van den anderen kant met de Singelgracht in verbinding te stellen. Dan konden, zooals het behoort, de taluds met water planten worden beplant enbij omrastering met ijzergaassier lijke watervogelsals zwanenganzen en eendenniet weinig tot verfraaiing van het park bijdragen. Nu kan zulks natuur lijk niet.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1889 | | pagina 202