14 December 1889. 239 «tegenwoordigheid van den heer ingenieur Schotel, de ge- rezen bezwaren nader te overwegen. Alle leden zijn verschenen met uitzondering van den heer »Mr. Pels Rijckendie schriftelijk zijn leedwezen heeft te «kennen gegeven die vergadering niet te kunnen bijwonen, «als zijnde zijne tegenwoordigheid voor een getuigenverhoor «op de rechtbank noodzakelijk. «De voorzitter heeft vermeend van de tegenwoordigheid «van den heer ingenieur Schotel te moeten gebruik maken, «om mede uit te noodigen de heeren raadsleden Heijlaerts «en Rombouts, die in bovengenoemde raadsvergadering van «4 December bezwaren buiten het rapport hadden te berde «gebracht, die hij van oordeel was, dat de heer Schotel het «best zoude kunnen beoordeelen en oplossen, welke beide «heeren mede bereidwillig aan die uitnoodiging hebben vol- «daan, en vertrouwt dat die heeren zoo niet in het geheel, «dan toch in zooverre zullen zijn voldaandat zij zich tegen «de conclusie van het rapport niet zullen verzetten. «Het eerste bezwaar van het rapport is eene verduidelij- «king van redactie, die de commissie vermeent dat gereede- «lijk zal worden toegegeven, maar wat het tweede bezwaar «betreft van den bepaalden afstand van tweehonderd meter «aan de westgrens van den in erfpacht uit te geven grond, «binnen welken afstand geene putten of open waterleidingen «mogen worden gemaakt noch buizen worden gelegd, die ter «plaatse, waar zij liggen, water aan den grond onttrekken, «erkende de heer Schotel, dat binnen dien afstand, zooals op «bijlage 9 van het rapport is te zien, zich een aantal grond- «boringenja zelfs de geprojecteerde verzamelleiding A B «bevondenzoodat het plan noodzakelijk wijziging zoude «moeten ondergaan. «Wel vermoedde hij, dat de weg van Dorst naar Seters, «die de westelijke grens uitmaakt, niet juist op de kaart «van het kadaster was getraceerd en meer westelijk liep «of wellicht aanvankelijk goed getraceerd, door de gebrui- «kers meer oostelijk was verlegddoch wanneer in erfpacht «wordt gegeven een bepaald kadastraal nommer, heeft meg

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1889 | | pagina 239