16 Februari 1889. 31 De voorzitter vraagt, of de raad genegen is tot deze benoemingen over te gaan. Hiertoe besloten zijnde, wordt overgegaan tot stemming bij gesloten briefjes: I. Voor een onderwijzer aan de school van den heer Tack. Wordt benoemd met 14 van de 16 uitgebrachte stemmen de heer L. M. A. Slechtriemen zulks op de bestaande voorwaarden. Twee stemmen waren uitgebracht op den heer J. van der Linden. II. Voor een onderwijzer aan de school van den heer Tromp. Wordt benoemd met 13 van de 16 uitgebrachte stemmen de heer L. C. A. Smeulders, en zulks op de bestaande voorwaarden. Drie stemmen waren uitgebracht op den heer H. Kuijlaars. 14°. Namens burgemeester en wethouders wordt door den voorzitter aan den raad machtiging gevraagd om eene rij boomen, staande op het Stadserf, te mogen rooien en verkoopen. De heer Pels Rij eken heeft wel eenige bedenking tegen het opruimen der boomen, tenzij er redenen bestaan die dit noodig maken. De voorzitter zegt, dat de besproken boomen hinderlijk zijn bij de oefeningen der schutterij en ze vochtigheid aan brengen in nabijgelegen gebouwen. Hij stelt voor, eene der twee rijen boomen op te ruimen. De heer De Booy verklaart, dat als geen betere motieven worden aangevoerdhij tegen het voorstel is. Vervolgens wordt, zonder hoofdelijke stemming, besloten, aan burgemeester en wethouders de ge vraagde machtiging te verleenen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1889 | | pagina 31