6 April 1889.
41
Wordt besloten dit ontwerp-besluit goed te keuren.
7°. Adres van mej. Henriette Cecilia Joanna Nijsparti
culiere te Breda, dato 16 Februari 1889, verzoekende aan
haar weder voor een jaar te verhuren het bovenhuis in de
voormalige Latijnsche School.
Overeenkomstig het voorstel des voorzitters wordt
besloten de gevraagde onderhandsche verhuring op
de bestaande voorwaarden weder voor een jaar toe
te staan.
8°. Missive van de commissie van beheer der Stadsbank
van Leening te Breda, dato 6 Maart 1889, houdende aan
bieding der rekening van de ontvangsten en uitgaven harer
administratie over 1888, vergezeld van de noodige beschei
den en bewijsstukken.
De voorzitter stelt voor deze rekening ter visie te leggen
voor de ledendoch de raad acht het wenschelijker het ge
bruik te volgen en eene commissie van onderzoek te benoe
men waartoe besloten wordt.
Diensvolgens overgaande tot stemming, worden achter
eenvolgens als leden dier commissie benoemd:
a. de heer Rombouts met 10 van de 14 uitgebrachte
stemmen
b. de heer Mr. Van Dam met 9 van gelijk getal uit
gebrachte stemmenen
c. de heer Smits met 10 van 't zelfde getal uitgebrachte
stemmen.
De benoemde leden laten zich de op hen uitgebrachte
keuze welgevallen.
Bij de gehouden stemmingen was de voorzitter, die
voorzitter is van de Bank van Leeningbuiten stemming
gebleven.
9°. Wordt overgegaan tot de benoeming van bureaux
van stemopneming bij de aanstaande verkiezingen voor leden
van de Provinciale Staten en den Gemeenteraad.