124 4 Juli 1891. Commissie, dat de Raad besluite, aan den architect op te dragen, een plan daarvoor, nauwkeurig, met bestek en teekening, uit te werken, en ten einde hem een leiddraad te geven, eene som als maximum voor kosten en daarstelling te bepalen. «3°. het bouwen van overdekte verandah's, aansluitende «aan het paviljoen." Hiermede stemt uwe Commissie in. »4°. het bouwen eener gemetselde muziekkiosk." Uwe Commissie acht eene muziekkiosk noodzakelijk, maar niet dat het eene gemetselde zij. »5°. Het bouwen van privaten en urinoirs achter het «paviljoen." Hiermede stemt uwe Commissie in. »6°. het aanschaffen van stoelen, tafels, glas- en aarde- »werk, keukengerief enz. voor de restauratie benoodigd." Uwe Commissie kan zich hiermede niet vereenigen en vermeent dat hijaan wien het paviljoen ten gebruike zal worden afgestaan, zich dit alles zal moeten aanschaffen. Wanneer de gemeente dit deed, zou het noodige dage- lijksche toezicht van wege de gemeente daarop niet mogelijk zijnen zouwanneer die voorwerpen werden afgestaan aan hem, wien het gebouw zal verpacht worden, ten ge bruike van het publiek, zooals de voorsteller dit verlangt, dit voortdurend tot vele moeielijkheden aanleiding geven. «7°. het afrasteren van een gedeelte van het park bij het «paviljoenvolgens het plan Rosseels." Hiermede is uwe Commissie het eens. «8°. dat afgerasterd gedeelte ten allen tijde gedurende het «zomerseizoen voor het publiek toegankelijk te stellen, be- «houdens de uitzonderingenwelke het dagelijksch bestuur «daarop zal vermeenen te moeten maken." Met dit punt vereenigt zich de Commissieals daaruit

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1891 | | pagina 124