8 Augustus 1891.
141
De voorzitter stelt voorbedoelde personen thans
definitief te benoemenwaartoe besloten wordt.
8°. Adres van A. J. B. Stap, rentmeester bij het bur
gerlijk armbestuur dezer gemeente, dato 4 Juli 1891, daarbij,
onder aanvoering van beweegredenen, verzoekende zijne
jaarwedde te verhoogen.
Na voorlezing van dit adres wordt verder gelezen eene
missive van het burgerlijk armbestuurtot ondersteuning
van voormeld verzoekschrift.
Voorts deelt de voorzitter mede, dat tevens is ingekomen
de begrooting van ontvangsten en uitgaven dier administratie
voor den dienst van 1892.
De lieer Yan Hal geeft in overweging deze stukken te
behandelen bij de gemeente-begrooting voor '1892.
De voorzitter acht het meest verkieslijk dien weg
te volgen en doet in dien zin een voorstel, waar
mede genoegen wordt genomen.
9°. Adres van het R. K. Parochiaal Kerkbestuur van
O. L. Vrouw Hemelvaart te Breda, dato 6 Juli 1891, te
kennen gevende, dat den 15den Augustus 1890 tusschen
de gemeente Breda en het voornoemde kerkbestuur o. a. is
overeengekomen, dat door dit keikbestuur ten noorden en
ten oosten der nieuwe kerk aan de Ginnekenstraat een
ijzeren hek zal geplaatst worden, grenzende aan de ont
ruimde school aan de Houtmarkt, en in beginsel is vast
gesteld, dat die ontruimde school zal worden afgebroken
en een gedeelte van het terrein der voormalige HoogeBarakken,
ter breedte van hoogstens zestien meters, grenzende aan
het eigendom der kerkvoor openbare straat zal worden
bestemd; dat deze bepalingen een gevolg waren van het
besluit van den Raad dezer gemeente, dato 12 Juli 1890;
dat het Kerkbestuur voornoemd het bedoelde ijzeren hek
ter bepaalde plaatse met het oog op de af te breken school