188 1 September 1891. raadslid de oudste is in functie. Spreker hoopt, dat het den heer De Man gegeven moge zijn nog jaren mede te werken tot den bloei en het welzijn der gemeente. De heer De Man dankt den heer Guljé voor de hem toegesproken woordenwat lust aangaat zegt spreker daaraan ontbreekt het hem niet, maar wel vreest hij dat de kracht hem niet voldoende zal bijblijven, lntusschen aanvaardt hij zijne benoeming gaarne met nieuwen moed. De heer Mr. De Man herneemt daarop het voorzitterschap. Vervolgens worden door de heeren J. A. van AkenH. A. Sassen, J. J. Nelissen,'; W. G. H. Rombouts, A. C. J. Smits, Mr. A. C. D. Pels jRijcken eu P. A. F. de Bont in handen van den voorzitter afgelegd de eeden, voorgeschreven bij de artikelen 87 der grondwet en 39 der gemeentewet. De voorzitter zegtdat het hem aangenaam is de afgetreden leden weer om zich heen te zien, kennende de wijze, waarop zij hunne taak volbrengen. En wat de nieüwe leden aangaat, van dezen hoopt hij dat zij met niet minder ijver zullen werkzaam zijn in het belang der gemeente. Het welzijn van Breda toch is het eenige wat, ook bij verschil van zienswijze, door allen beoogd» wordt. Ten slotte wenscht de voorzitter alle nienw gekozen leden geluk, vertrouwende, dat door samenwerking zal worden bijgedragen tot den vooruitgang der gemeente. 2. a. Ontwerp-verordening voor den rooster van aftreding der leden van den Raad dezer gemeente. De voorzitter herinnert, dat deze verordening bij de leden gecirculeerd heeft en vraagt of iemand der leden daartegen bedenking heeft? Niemand voert het woord. Wordt vervolgens besloten, goed te keuren. bedoelde verordening

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1891 | | pagina 188