208 19 September 1891. »van af de Boschstraat met een sprank van de Oude Vest, «vormende alzoo een zoogenaamde brandgang. «Na de demping der Oude Vest was het achtergedeelte «van het straatje voor den publieken dienst niet meer noodig «en werd dit bij Raadsbesluit van 1 Maart 1879 over een «lengte van 36 meter, breed ongeveer 1.50 meter, verkocht «aan M. van Unnik, eigenaar van de aangrenzende hove- «nierderij. «Meerdere lengte kon toen niet verkocht worden, omdat «twee aldaar staande woonhuisjes, aan derden toebehoorende, «uitgang naar de Boschstraat moesten behouden. «Genoemde woningen zijn later door de wed. Van Unnik «aangekocht en nu gesloopt, waarvan de vrijkomende grond «bij hare hovenierderij wordt gevoegd. «Het straatje kan nu zonder bezwaar door verkoop aan «adressante worden ingekort, zooals op de by het concept scontract gevoegde situatie-teekening is aangeduid, om reden «aldaar geen uitweg voor derden meer bestaat. «De bedongen koopprijs per meter is gelijk aan dien «van het in 1879 verkochte achtergedeelte van den gang." Voorts wordt gelezen de onlwerp-akte van overeenkomst, behelzende het volgende: Artikel 1. De contractanten ter eene zijde (burgemeester en wet houders) staan aan de contractante ter andere zijde (de weduwe Van Unnik) in eigendom af, welke laatste verklaart in eigendom te aanvaarden een gedeelte gemeentegrond, van het straatje genaamd «De Duivelshoek", aanvangende aan den Noordoostelijken hoek van het perceel, kadastraal bekend gemeente Breda, sectie B, n°. 211, en eindigende op ongeveer zestien meter vijftig centimeter uit genoemden hoek, ter grootte van ongeveer veertig centiaren, volgens de aan dit contract gehechte en door patijen gewaarmerkte situatie-teekening; wordende de in dit artikel bedoelde

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1891 | | pagina 208